Het hoofd van de Russisch-Orthodoxe Kerk, patriarch Aleksej II, en metropoliet Laurus van de kerk in het buitenland ondertekenen donderdag in de Kathedraal van de Verlosser in Moskou daartoe de ”akte van canonieke gemeenschap”.Na de communistische revolutie van 1917 verenigden priesters, adellijke orthodoxen en andere gelovigen zich in de Russisch-Orthodoxe Kerk in het buitenland. Toen de Orthodoxe Kerk in Rusland in 1927 een regeling met de communistische machthebbers trof, besloot de buitenlandse kerk alle contacten te verbreken. Sindsdien hadden beide kerken geen contact meer met elkaar. In de Tweede Wereldoorlog steunde de kerk in het buitenland de inval van nazi-Duitsland in de Sovjet-Unie. Zij hoopte dat de Duitsers een einde aan het regime van Jozef Stalin zouden maken.

De Russisch-Orthodoxe Kerk in het buitenland, die sinds de jaren vijftig haar hoofdzetel in de Verenigde Staten heeft, telt ongeveer 450 parochies. Na de opheffing van de Sovjet-Unie in het begin van de jaren negentig stonden beide kerken nog lang vijandig tegenover elkaar. Het duurde totdat 2003 voor beide kerken over verzoening gingen overleggen.

Bij de ondertekening van de ”akte van canonieke gemeenschap” zal president Poetin aanwezig zijn. Stalin liet de kathedraal van de Verlosser, waar de ceremonie plaatsheeft, opblazen. De kerk werd in de jaren negentig weer opgebouwd en is daardoor het symbool van de wederopstanding van de kerk in het vroegere communistische land geworden. Kortgeleden hadden er de uitvaarten plaats van oud-president Boris Jeltsin en de cellist en dirigent Mstislav Rostropovitsj.