„Spreekrecht voor slachtoffer misdrijf”
LPF en D66 willen dat slachtoffers van ernstige misdrijven, of hun nabestaanden, het recht krijgen om een verklaring af te leggen in de rechtszaal.
In zo’n verklaring kan het slachtoffer zijn kant van de zaak belichten. De fracties vinden het raar dat de verdachte wel altijd het woord mag voeren, maar het slachtoffer niet. De Tweede-Kamerleden Schonewille (LPF) en Dittrich (D66) dienen maandag een initiatief-wetsvoorstel in.
Slachtoffers en nabestaanden kunnen op dit moment alleen aan het woord komen als de rechter dat toestaat. Dittrich en Schonewille willen af van die willekeur. Zij denken dat het slachtoffers zal helpen het misdrijf te verwerken als zij hun zegje kunnen doen. Ook op de verdachte kan het een heilzaam effect hebben als hij hoort wat zijn daad bij het slachtoffer heeft veroorzaakt.
Dittrich had vorig jaar maart ook al een wetsvoorstel ingediend. De Kamer wees dat af. Raad van State en de Orde van Advocaten hadden er zware kritiek op geleverd. Dittrich heeft er met Schonewille de scherpe kantjes afgehaald, zei hij zondag in het Radio 1 Journaal. Het spreekrecht is in het nieuwe voorstel alleen van toepassing bij ernstige kwesties als moord, doodslag, mishandeling met ernstig letsel en zedendelicten. In het oude voorstel kreeg het slachtoffer spreekrecht bij alle strafzaken. Verder sluiten de indieners nu uit dat het slachtoffer (of de nabestaande) in de rechtszaal kan worden ondervraagd. Dit zou tot pijnlijke situaties kunnen leiden.