Duitse doopverklaring slechts formaliteit
APELDOORN - De Evangelische Kerk in Duitsland, de rooms-katholieke bisschoppenconferentie en negen kleinere Duitse kerkgenootschappen ondertekenen zondag in Maagdenburg een verklaring waarin zij vastleggen dat zij elkaars doop erkennen, zo meldde onder andere het ANP deze week. Maar, doen zij dit al niet sinds de Reformatie?
Ja, zegt prof. dr. W. van ’t Spijker, emeritus hoogleraar kerkgeschiedenis aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) van de Christelijke Gereformeerde Kerken. „Men erkent elkaars doop als voldaan is aan drie voorwaarden: hij moet bediend zijn door een officieel aangestelde ambtsdrager, die daarvoor -in de tweede plaats- water heeft gebruikt en, als derde, de klassieke doopformule heeft uitgesproken: „Ik doop u in de Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes.””Ook water dus. Prof. Van ’t Spijker: „Ik heb ooit meegemaakt dat een gastpredikant ergens de doop zou bedienen. Alles stond klaar: een zilveren kannetje met water, en een schaaltje waarin dat water gegoten moest worden. Maar, ja, de betreffende predikant was dat zo niet gewend en begreep niet waar het water was. Uiteindelijk deed hij maar alsof hij doopte - zonder water dus. Maar dat was géén geldige doop. Later heeft hij de ouders daarvoor ook zijn excuses aangeboden.”
Omdat de doop in de RK-Kerk echter wél aan de genoemde voorwaarden voldoet, hebben de kerken van de Reformatie deze altijd aanvaard, zegt de emeritus hoogleraar. „En dus hoeft een kind dat in de RK-Kerk is gedoopt, bij ons niet overgedoopt te worden - al is dit onder ons best wel eens een heet hangijzer geweest.”
Overigens erkennen de protestantse kerken alleen de rooms-katholieke doop op zich, benadrukt prof. Van ’t Spijker; niet de officiële doopleer van de RK-Kerk.
Tweede Vaticaans Concilie
Maar erkent de RK-Kerk ook de ’protestantse’ doop? Híér blijkt het in de verklaring die zondag in het Duitse Maagdenburg wordt ondertekend vooral om te gaan, zo wordt duidelijk uit het persbericht dat de Evangelische Kerk in Duitsland (EKD) eerder deze week verspreidde.
„Natuurlijk” luidt het in dat persbericht, wordt de wederzijdse erkenning van de doop tussen protestantse en rooms-katholieke kerken al lang gepraktiseerd. Wie van de ene naar de andere kerk overgaat, hoeft niet opnieuw gedoopt te worden. „Echter”, vervolgt het bericht, „pas het Tweede Vaticaans Concilie, midden jaren zestig, maakte een einde aan het principiële voorbehoud van Rome tegenover de protestantse doop.”
In Duitsland is sinds zo’n dertig jaar sprake van regionale overeenkomsten tussen protestantse landskerken en rooms-katholieke bisdommen. Maar een overeenkomst die alle lidkerken van de EKD en van de rooms-katholieke Duitse bisschoppenconferentie omvatte, ontbrak tot dusver. Zondag zal deze gezamenlijke verklaring er alsnog komen. Daarin stellen de participerende kerkgenootschappen dat „de doop in Christus” een oproep is aan de kerken om „hun verschillen te overwinnen en hun gemeenschap zichtbaar te manifesteren.”
Doopvont
De verklaring wordt ondertekend door EKD-raadsvoorzitter Wolfgang Huber en door kardinaal Karl Lehmann, voorzitter van de Duitse bisschoppenconferentie. Plaats van handeling zal zijn de dom van Maagdenburg, die volgens het persbericht van de EKD als „symbool voor de eenheid van de doop” kan worden gezien. In deze kerk bevindt zich een doopvont dat al zo’n duizend jaar gebruikt wordt - „dus nog voor de scheiding tussen de Westerse en de Oosterse Kerk in het jaar 1054.”
Behalve de EKD en de RK-Kerk in Duitsland zullen nog negen andere bij de ”Werkgemeenschap van christelijke kerken in Duitsland” (ACK) aangesloten kerken de verklaring ondertekenen. Onder hen bevinden zich orthodoxen, anglicanen, methodisten, oud-katholieken alsook de Evangelische Brüderunität en andere vrije kerken.
De vijf andere ACK-kerken doen niet mee. Met name de „doperse” kerken, onder wie de baptisten en de mennonieten, maar ook het Leger des Heils, konden niet met de tekst instemmen. „De baptisten bijvoorbeeld wijzen de in de volkskerken gebruikelijke kinderdoop af en dopen slechts gelovige volwassenen. Met hen wordt te zijner tijd naar toenadering gezocht”, aldus de EKD.
Formaliteit
Veel meer dan een formaliteit is het gebeuren van zondag niet, aldus prof. Van ’t Spijker. „Het zou opzienbarender zijn geweest als er een gezamenlijke verklaring over eucharistie en het heilig avondmaal zou worden ondertekend. Maar dat zal veel moeilijker worden: er is sprake van een fundamenteel verschillende ambtsbeschouwing tussen de RK-Kerk en de kerken die zijn voortgekomen uit de Reformatie. Overigens vind ik het gesprek hierover buitengewoon boeiend.”