B. moet het museum verder een schadevergoeding van bijna 18.000 euro betalen. De straf is conform de eis van justitie.De man besprenkelde De Schuttersmaaltijd ter viering van de vrede van Munster (1648) van Bartholomeus van der Hels met aanstekerbenzine en stak het aan, waardoor het gedeeltelijk verbrandde. Daardoor bracht B. volgens de rechters de andere bezoekers van het museum in gevaar.

„Het schilderij behoort tot het cultureel erfgoed van Nederland", stelde de rechtbank verder. „Door zijn handelen heeft verdachte het publiek tijdelijk de mogelijkheid ontnomen het te bekijken".

De rechters oordeelden dat B. „sterk verminderd toerekeningsvatbaar" is. Daarbij baseerden ze zich op rapporten van verscheidene deskundigen, waaruit blijkt dat B. sinds zijn dertiende kampt met angst– en dwangstoornissen. Een hersenoperatie in 1974 moest hem van zijn geestelijke ziekte afhelpen, maar leidde tot letsels in zijn hoofd waardoor zijn gedrag ernstig veranderde.

Na de dood van zijn vrouw in 1977 begon B. in Duitsland met het vernielen van schilderijen. Hij kreeg zware straffen voor het kapotmaken van 165 kunstwerken, veelal met zoutzuur. Dat B. een lange staat van dienst heeft, liet de rechtbank in haar oordeel meewegen. „De verdachte is speciaal naar Amsterdam gegaan omdat hij in Duitsland als kunstvernieler te bekend is en bij elk museum gesignaleerd staat".