De werkkamer van Peijs (CDA) in de Middelburgse Abdij maakt een opgeruimde indruk. „Ik ben er nog niet veel geweest sinds mijn start vorige maand”, zegt de nieuwbakken Zeeuwse commissaris. „Duizenden Zeeuwen in de provincie hebben mij al langs zien komen. Ik ga graag de provincie in en wil gemakkelijk te benaderen zijn. Allures van een diva zijn mij vreemd.”De oud-minister staat vanaf vrijdag aan het hoofd van het nieuwe Zeeuwse college van gedeputeerde staten, waarin verder vijf mannen zitting hebben: twee CDA’ers, een SGP’er, een CU’er en een GroenLinkser. Het college kwam tot stand na tumultueus verlopen onderhandelingen, waarbij de nummers twee en drie, VVD en PvdA, aan de kant werden gezet.

De christelijke partijen regeren, de rest zit, op GroenLinks na, in de oppositiebankjes. Bent u bang voor polarisatie?
„Ik was een beetje geschokt toen de VVD onlangs zei dat dit college een vooropgezet plan was. Maar het afbreken van de onderhandelingen met VVD en PvdA gaf zó veel emoties dat die opmerking echt buiten de orde is. We moeten maar heel stil tot onszelf inkeren, en kijken wie er schuld heeft aan de gang van zaken.”

Wat denkt u zelf?
„Ik denk dat het te maken heeft met een combinatie van heel oude emoties bij mensen en toch ook het streven naar macht.”

Wordt het nu christenen tegenover niet-christenen?
„De PvdA zei al dat Zeeland op zondag nu dicht zal gaan. Daarvan kan natuurlijk geen sprake zijn. Er is een verschil tussen de Statenzaal en een kerk. Partijen kunnen worden geïnspireerd door de Bijbel of door een geloof, maar we vergaderen niet in een kerk. Mensen staan in verschillende kerkelijke verhoudingen ten opzichte van de Heer, maar dat geldt niet in de politieke verhoudingen. In het collegeakkoord komt tot uitdrukking dat we duurzaam willen omgaan met de schepping. Dáár moet het college op afgerekend worden. Ik vind het nieuwe college zelf ook wel heel apart, maar ik ga er niet bij voorbaat een etiket op plakken. Laten we liever kijken wat ervan terechtkomt.”

Met name de SGP is niet overal een welkome partner voor bestuurlijke taken.
„Dat geldt hier niet. Ik kreeg de voorzittershamer overhandigd door SGP’er Kolijn. Hij is in mijn ogen een erudiet, bedachtzaam en wijs man. Er heerst een openheid van geest bij de SGP, ook bij gedeputeerde Van Heukelom. Daar wil ik de mensen die dit college veroordelen aan herinneren. Het gaat om onze daden, net als in het geloof.”

Omstreden binnen het nieuwe college is de vraag of er een containerterminal langs de Westerschelde moet komen. Er liggen nu twee opties, voor een zogeheten WCT en een VCT. Wat vindt u?
„Zeeland moet in containers investeren. Binnen een paar maanden komt er een onderzoeksrapport, daar zal veel van afhangen. Maar ik denk dat een van de twee voorgestelde terminals er komt. Zeeland heeft een natuurlijke geschiktheid voor zo’n kade.”

Bij uw aantreden gaf u al aan de veiligheid op en rond de Westerschelde als een speerpunt te beschouwen. Lukt dat als er nog meer bedrijvigheid komt?
„De schepen hoeven in het geval van een containerkade niet verder dan Vlissingen, ze komen de zeearm nauwelijks op. Voor de Westerschelde zelf, de vaarroute naar Antwerpen, blijft een maximale diepgang van ruim 13 meter gelden. Schepen die dieper steken hebben pech, die gaan dan maar naar Vlissingen of Rotterdam. Maar er komt geen nieuwe verdieping. Niet zolang ik hier wat te zeggen heb.”

Daar zullen de Belgen niet blij mee zijn.
„In Antwerpen hebben ze wel gedacht dat wij expres op de notie van veiligheid hameren om hen dwars te zitten. Dat is niet zo. Als er iets gebeurt, heeft dat desastreuze gevolgen. Daarom vind ik dat er meer geld voor veiligheid in Zeeland moet komen. De omgeving van de Westerschelde geldt als tweede risicogebied van Nederland, maar de middelen van het Rijk zijn daar niet naar. Zelfs Drenthe krijgt meer, terwijl het grootste gevaar daar een zandverstuiving is.”

Ontpolderen, als gevolg van een eerdere verdieping van de Westerschelde, lijkt voorlopig van de baan. Moet ontpolderen überhaupt een optie zijn in Zeeland?
„Met alleen het woord al trap je Zeeuwen op hun ziel. Voor Zeeland is er wel genoeg water geweest in het verleden. Als het op een andere manier te regelen is, moeten we dat doen.”