Hbo’er geen predikant in PKN
UTRECHT - Hbo-theologen in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) kunnen niet zonder een universitaire vervolgstudie predikant worden. Dat blijkt uit het rapport ”Werk in de wijngaard”, dat de generale synode van de Protestantse Kerk in april bespreekt.
Het rapport is een vervolg op het rapport ”Pastor in beweging”, dat de synode in het najaar van 2006 terugverwees naar de tekentafel.De synode droeg in november de zogenoemde Brede Studiecommissie, die het rapport ”Pastor in beweging” had opgesteld, op met een vervolgstudie te komen. Daarin moesten alle opmerkingen van synodeleden op het eerste rapport worden verwerkt.
Uit dit gisteren openbaar geworden stuk blijkt dat de studiecommissie de kritiek uit de breedte van de kerk serieus heeft genomen. Een van de meest opvallende punten uit ”Pastor in beweging” was het voorstel dat pastoraal werkers met een hbo-opleiding theologie via een aanvullende studie predikant binnen de Protestantse Kerk zouden kunnen worden.
Juist op dit onderdeel uit het rapport kwam kritiek uit alle delen van de kerk. Zo werd de commissie verweten de aanbevelingen in het rapport ”Pastor in beweging” niet met een duidelijke ambtsvisie te onderbouwen. Ook werd opgemerkt dat de universitaire opleiding van predikanten nooit mag worden losgelaten omdat predikanten dienaren van het Woord zijn en daarom de Bijbel in ieder geval in de grondtalen -Hebreeuws en Grieks- moeten kunnen lezen. Bovendien vreesden veel predikanten voor een devaluatie van hun ambt als ook niet universitair geschoolden dominee zouden kunnen worden.
Het nu voorliggende rapport stelt dat binnen de Protestantse Kerk alleen universitair geschoolde theologen predikant kunnen worden.