De 96 treindiensten van de hogesnelheidslijn, die vanaf 2006 gaan rijden, moeten voor 95 procent volgens het spoorboekje verlopen.

Dat blijkt uit een brief van Netelenbos, waarin zij de Tweede Kamer informeert over de afspraken met het consortium van NS en KLM voor de hsl-zuid. Over twee maanden moet de prestatieovereenkomst tussen de overheid en het consortium worden vastgelegd.

Een binnenlandse reis met de hogesnelheidslijn wordt waarschijnlijk fors duurder dan een rit via het reguliere spoor. De hsl-reiziger krijgt voor die hogere prijs wel een klantvriendelijker behandeling. Als een hsl-trein onverhoopt toch vertraging heeft en dit te wijten is aan de vervoerder, ontvangt de reiziger bijvoorbeeld eerder een vergoeding.

Waar het vaak in NS-treinen dringen is en mensen met een eersteklaskaartje genoegen moeten nemen met een staanplaats, hebben hsl-reizigers straks vrijwel zeker een zitplaats.

Eersteklasreizigers krijgen door een reserveringssysteem 100 procent garantie dat zij kunnen zitten. Voor de tweede klas geldt een ‘zitplaatsenkans’ van 98 procent. „Zelfs in de drukst bezette trein op het door reizigers meest gebruikte traject", aldus Netelenbos in de brief.

Verder mogen er van de hsl-treinen, volgens de afspraken, niet meer dan 0,5 procent uitvallen. Aan de klanttevredenheid worden „stringente eisen" gesteld. Ten minste 80 procent van de reizigers moet de dienstverlening van de hsl met een zeven of hoger waarderen.

Het hsl-consortium zal straks over de afspraken elke drie maanden aan de overheid moeten rapporteren. Zo kan Netelenbos ingrijpen als de hogesnelheidslijn niet aan de eisen voldoet. In dat geval krijgen NS en KLM een jaar de tijd de situatie te verbeteren. Lukt dat niet, dan kan de overheid een maximale boete van 5 miljoen euro (11 miljoen gulden) opleggen of de overeenkomst met het consortium geheel ontbinden.