Koninklijk Huis

Hofpredikant kwam uit hoofdstroom kerk

Een hof telt vele medewerkers. Van grootmeesters en hofmaarschalken tot tuinlieden en lakeien. Sommige functies zijn anno 2007 verdwenen. Zo heeft het Huis van Oranje geen hofpredikers meer. Dat is anders geweest. Door de eeuwen heen hebben ruim dertig mannen de Oranjes in dat ambt gediend. In het boek ”Hofpredikers van Oranje” heeft drs. Maarten den Admirant hen op een rij gezet.

W. G. Hulsman
2 March 2007 14:51Gewijzigd op 14 November 2020 04:34Leestijd 5 minuten
Meer dan dertig hofpredikers dienden de Oranjes.
Meer dan dertig hofpredikers dienden de Oranjes.

Hofpredikers boeien hobbyhistoricus Den Admirant al lange tijd. „Ik had me al eens verdiept in de hofpredikant ds. C. E. van Koetsveld. Daar ben ik mee verder gegaan.” Zo vroeg hij bij het Koninklijk Huisarchief in Den Haag een overzicht op van alle hofpredikanten. Dat vormde, samen met een artikel dat hij enige tijd geleden voor deze krant schreef, de basis voor het boek.Hij beperkte zich daarbij tot de predikanten die een aanstelling hadden. „Er zijn meer predikanten geweest die regelmatig voor de Oranjes voorgingen, maar die hadden geen officiële aanstelling. Neem Petrus Datheen, een belangrijk adviseur van Willem van Oranje. Hij was in tegenstelling tot Jean Taffin niet officieel benoemd als hofpredikant.”

Er staat weinig op papier over de hofpredikers, concludeert Den Admirant terugblikkend op zijn zoektocht. „Tik het onderwerp maar in op de zoekmachine Google. Je vindt bijna niets. Over enkele hofpredikers zijn wat publicaties verschenen. Veel is bekend over ds. Van Koetsveld. Prof. De Vrijer heeft studie gemaakt van Petrus van Balen, de hofprediker van Amalia van Solms, en in 1952 is er een proefschrift verschenen over de hofpredikers van Willem van Oranje. Daarmee is het wel op.”

Den Admirant ziet een onontgonnen terrein. „Wie in al het materiaal over de hofpredikers gaat graven, kan veel interessante dingen naar boven halen. Zo liggen er in archieven nog stapels correspondentie. Daar zijn ongetwijfeld veel interessante dingen te vinden.”

Dooppreek
Welke hofpredikers springen er voor Den Admirant uit? „Ds. Van Koetsveld, maar dat hangt er waarschijnlijk mee samen dat er veel over hem is geschreven. Ook ds. W. L. Welter, die prinses Beatrix heeft gedoopt, heeft altijd veel indruk op mij gemaakt. Ik moet natuurlijk ds. Gerretsen noemen, die veel bekendheid heeft gekregen door de doopdienst van Juliana.”

Dr. J. H. Gerretsen sprak in de lijn van het doopformulier over de doop als een begrafenis. „Wij zijn hedenmiddag opgegaan naar het huis des gebeds om prinses Juliana te dopen, dat wil volgens het doopformulier zeggen te begraven met Christus in Zijn dood, opdat zij met Hem begraven en ook met Hem moge worden opgewekt tot een nieuw leven.” In zijn preek over de opwekking van de jongeling te Nain werkte de predikant dit verder uit.

Het leverde hem veel kritiek op. Onder anderen de liberale oud-minister van Buitenlandse Zaken W. H. de Beaufort nam het de hofpredikant hoogst kwalijk dat hij zo gesproken had over de doop en dat hij het complete doopformulier had gelezen. Dat gebeurde volgens De Beaufort zelden meer. Dr. Kohlbrugge te Elberfeld was eigenlijk een van de weinigen die dat nog deden, aldus De Beaufort.

Ad hoc
De theologische ligging van de predikanten is door de tijd heen duidelijk verschoven, blijkt uit het informatieve boek. De auteur: „Steeds vind je de dominante religie terug aan het hof. In de tijd van het calvinisme is er een calvinistische predikant. In de 18e eeuw zijn het Waalse predikanten. In de 19e eeuw is er naast de Waalse hofprediker ook een predikant uit de Nederduits Gereformeerde Kerk.”

Ds. W. L. Krieger, hofpredikant van koning Willem I, is volgens Den Admirant de laatste predikant van de „oude stempel.” „Ds. Van Koetsveld behoorde daar zeker niet toe. Die was echt van de gereformeerde middenpartij”, aldus Den Admirant. Ten tijde van koningin Wilhelmina heerste de ethisch irenische richting. Sindsdien zijn het vooral vrijzinnige predikanten die voorgaan voor de Oranjes.

Anno 2007 zijn er geen hofpredikers meer. De laatsten waren ds. J. F. Berkel en ds. G. Forget, die voorgingen voor de koninginnen Wilhelmina en Juliana. „Sindsdien zijn er hofpredikers ad hoc, zoals ik dat noem. Bij hoogtepunten wordt predikanten gevraagd voor de familie voor te gaan. Er zijn wel twee voorgangers die je huispredikant zou kunnen noemen: prof. A. van der Meiden voor de Van Vollenhovens en ds. C. A. ter Linden voor de Oranjes”, aldus de auteur.

Bogerman
Den Admirant beschrijft elk van de hofpredikanten kort en plaatst hen in de context van hun tijd. In de bijlage laat hij een aantal van hen zelf aan het woord. Zo is de beschrijving opgenomen van het laatste bezoek van ds. Johannes Bogerman aan prins Maurits, een brief van ds. Cornelis Trigland aan prins Willem III, enkele begrafenistoespraken en de voor sommigen omstreden preek van ds. Gerretsen, die koningin Wilhelmina behartigenswaardige woorden meegaf: „Wie zal alle gebeden tellen, die een moeder opzendt voor haar kind? Aan de moeder geeft de Heere het kind, opdat zij voor haar kind als Zijn eigendom zorgen zou.”

Mede n.a.v. ”Hofpredikers van Oranje”, door Maarten den Admirant; uitg. Aspekt, Soesterberg, 2006; ISBN 90 5911 333 0; 119 blz.; € 22,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer