De analyse die prof. Couwenberg in de krant van gisteren geeft van het Israëlisch-Palestijnse conflict, is het resultaat van het volkomen negeren dat Palestijnen en Arabieren het bestaansrecht van Israël blijven ontkennen en de weg vervolgen van vele vormen van terrorisme (zelfmoordterrorisme).In dit verband merk ik op dat de schrijver in zijn artikel in het januarinummer van de Internationale Spectator én in genoemd artikel in deze krant met geen woord spreekt over de gevaarlijke escalatie van het islamitisch antisemitisme in het Midden-Oosten. Daarmee laadt hij de verdenking op zich dat ook hij vindt dat over het islamitisch antisemitisme in het Midden-Oosten moet worden gezwegen.

Gelet op Couwenbergs eenzijdige analyse van het conflict is het begrijpelijk dat hij in zijn artikelen ook verzwijgt dat er grote overeenstemming is tussen Palestijnse wetenschappers, hoogleraren, leraren, politici, imams, juristen, journalisten, columnisten, cartoonisten en makers van radio- en televisieprogramma’s als het gaat om de uiteindelijke verdwijning van de staat Israël. Ook is het begrijpelijk dat hij bovendien verzwijgt dat tot op heden geen tittel of jota is geschrapt uit de zogenaamde charters (Handvest van Hamas: artikel 11 en 13; Handvest van de PLO: artikel 9, 15, 19, 20, 21 en 22; en Handvest van Fatah (de politieke partij van Abbas): artikel 12 en 19), waar in tal van varianten wordt geformuleerd dat de staat Israël geen bestaansrecht heeft.

Onderwijs
Waarom zwijgt prof. Couwenberg over het Palestijnse onderwijs dat meer dan 1 miljoen kinderen, leerlingen en studenten in de Palestijnse gebieden genieten? Dit onderwijs moedigt leerlingen tot op de dag van vandaag aan om Israël uiteindelijk in een heilige oorlog te vernietigen.

Telkens terugkerende thema’s in schoolboeken zijn: de staat Israël heeft geen recht van bestaan, Israël heeft geen historische rechten, Israël heeft geen godsdienstige rechten, Israël heeft Palestina geüsurpeerd, zionisme is de incarnatie van racisme, Israël is een bezettende macht, Israël wordt systematisch gedemoniseerd, het bestaan van de staat Israël wordt ontkend, onderwijs is voorbereiding op de heilige oorlog tegen Israël.

Het onderwijs verheerlijkt het martelaarschap voor de bevrijding van Palestina. Palestijnse televisieprogramma’s leren kinderen dat niet alleen de Gazastrook en de Westoever, maar heel Palestina (inclusief Israël) het eigendom is van de islam. Palestijnse televisieprogramma’s onderwijzen kinderen dat Israël hetzelfde doet met de Palestijnen als Hitler deed met de Joden.

Op mijn bureau ligt sinds enkele weken een nieuw rapport over acht nieuwe Palestijnse schoolboeken voor niveau 12 die de Palestijnse Autoriteit eind vorig jaar publiceerde, waarin leerlingen in woord én beeld wordt onderwezen dat Israël geen recht heeft om te bestaan, en leerlingen in tal van varianten een beeld wordt geschilderd van een wereld zonder Israël.

Ik lees hierin verder: „De Palestijnse oorlog (1948) eindigde met een catastrofe die geen precedent heeft in de geschiedenis: zionistische gangsters hebben Palestina gestolen, het Palestijnse volk uit zijn steden, dorpen en huizen verdreven en de staat Israël gesticht” (uit: ”Arabische taal en literatuur”, niveau 12, pagina 104).

Eenzijdig
Als prof. Couwenberg dit alles in zijn artikel in de Internationale Spectator niet zou hebben verzwegen, dan zou hij nooit zo’n eenzijdige analyse van het Israëlisch-Palestijnse conflict hebben gegeven en zou het woord apartheid niet eens in zijn hoofd zijn opgekomen, laat staan dat hij het in de titel van zijn artikel zou hebben geschreven: ”Israël en het apartheidsbewind in Zuid-Afrika: een vergelijking”.

De auteur doceert aan het Simon Wiesenthal Instituut te Brussel en is schrijver van de studie ”Van jodenhaat naar zelfmoordterrorisme. Islamisering van het Europese antisemitisme in het Midden-Oosten” (Heerenveen, 2006).