Het Indonesische ministerie van Publieke Werken heeft bij staatssecretaris Schultz van Haegen aangeklopt om hulp. Het gaat vooral om het vinden van duurzame oplossingen voor de overstromingsproblemen, die tijdens het regenseizoen in de miljoenenstad een regelmatig terugkerend verschijnsel zijn.Nederland en Indonesië werken binnen een overeenkomst al langer samen op het gebied van water. Na overstromingen in 2002 deden zij een studie en ontwikkelden een plan van aanpak. De deskundigen zochten ook naar integrale oplossingen voor de waterproblemen in Centraal-Jakarta, rond de rivier de Ciliwung.

Verkeer en Waterstaat trekt samen op met Netherlands Water Partnership (NWP), waarin de Nederlandse watersector –bedrijven en overheden– de krachten heeft gebundeld.

Volgens NWP projectmanager Silvis gaan de twee experts vooral proberen mensen van diverse ministeries, zoals Publieke Werken, Milieu en Planning, rond de tafel te krijgen. Er ligt immers al een plan van aanpak, dat alleen wordt geactualiseerd.

Allerlei instellingen werken volgens Silvis niet optimaal samen. „De belangen komen niet altijd samen. Ministeries kijken te veel naar elkaar, ze moeten de noodzaak zien om wat te doen. We hopen de neuzen dezelfde kant op te krijgen om daarna goede assistentie te kunnen leveren.”

Het probleem in Jakarta is de uitwatering van de riviermonden. De stad telt dertien rivieren. Veel afwateringskanalen worden daarbij slecht onderhouden. „Alles slibt langzaam dicht, onder andere met veel afval. Daardoor is een soort zandbank ontstaan, waardoor het water niet naar de Javazee kan wegstromen.”
Hogerop, bij Bogor en de Puncakpas, is ook steeds meer gebied ontwikkeld. „Daardoor wordt steeds minder water in de bodem opgevangen en dat stroomt allemaal naar beneden naar Jakarta.”

De situatie is niet meer zo erg als begin februari, toen driekwart van de stad onder water stond. „Er wordt wel weer regen voorspeld, maar ik hoop niet dat het zo veel wordt dat het weer tot overstromingen leidt.”