Dat stelt de internationale organisatie voor embryonaal stamcelonderzoek (ISSCR) vrijdag in het wetenschappelijke tijdschrift Science. De opstellers van het document stellen dat stamcelonderzoekers zich wereldwijd aan deze richtlijnen zouden moeten houden.De richtlijnen verbieden weliswaar onderzoek dat „breed gedragen ethische bezwaren” met zich meebrengt, maar een concrete invulling of nadere duiding ontbreekt hierbij. De commissie laat het dus volledig aan de bevolking van de verschillende landen over, wat zij wel of niet acceptabel vindt op het gebied van onderzoek met menselijke embryo’s - al dan niet gecombineerd met dierlijke cellen.

De ISSCR legt geen verbod op aan onderzoek met embryo’s die zowel menselijke als dierlijke cellen bevatten, zogeheten chimaera’s. De opstellers vinden wel dat voorstellen voor dergelijke experimenten eerst voorgelegd moeten worden aan een toetsingscommissie.

De commissie schrijft dat er nogal wat interne verdeeldheid was over de regels die betrekking hebben op de donatie van eicellen voor onderzoek, en dan met name de vergoeding die daar tegenover zou mogen staan. Sommigen vrezen namelijk dat vrouwen voor een aanzienlijke financiële compensatie de risico’s van een hormonale behandeling en de operatieve verwijdering van de eicellen op de koop toe zouden nemen.

De gestelde veertiendagengrens voor stamcelonderzoek is een bekende limiet. Het geeft voor de wetenschappers het verschil aan tussen een vroeg, vormeloos embryo en een embryo dat organen begint te vormen.

De ISSCR-richtlijnen verbieden ten slotte ook experimenten met menselijke embryo’s die geen duidelijke bijdrage leveren aan de wetenschap.