Een wees in den vreemde
Aan de ene kant rukt een kantorenwijk op, aan de andere kant ligt een buurt die door de illegale bewoning van slooppanden steeds meer op een krottenwijk gaat lijken. De omgeving van de kerk van de gereformeerde gemeente in het Zuid-Afrikaanse Randburg gaat er niet op vooruit. De emigrantengemeente komt er inmiddels al tientallen jaren bijeen. „Als een wees in den vreemde.”
Een wielertocht, bloemenverkopers die bij de verkeerslichten tussen de auto’s door lopen, een openluchtkerkdienst van keurig geklede zwarte inwoners. Tijdens de rit -heuvel op, heuvel af- naar de kerk van Randburg kom je van alles tegen. „Van zondagsrust is nauwelijks sprake meer”, zegt ouderling-scriba M. Boer. „Wegwerkers gaan het liefst op zondag aan de slag. Dan krijgen ze dubbel betaald.”
Randburg ontstond in 1959 door de samenvoeging van 32 woonwijken ten noordwesten van Johannesburg. De nieuwe gemeente werd vernoemd naar de Zuid-Afrikaanse munt, de Rand, die in dat jaar het pond sterling verving.
Nederlandse emigranten, afkomstig uit verschillende kerkverbanden, vormden er in 1970 een gereformeerde gemeente, de enige in Zuid-Afrika. Een predikant heeft ze nooit gehad. „De gemeente is als een wees in den vreemde”, vermeldde het rapport van het deputaatschap buitenlandse kerken aan de generale synode meermalen.
Al sinds haar oprichting leest de gemeente de Afrikaanse Bijbel en zingt ze (staande) de Afrikaanse psalmen. Maar het gebed en de preken zijn Nederlandstalig en dat is ook de voertaal tijdens de vergaderingen, catechisaties en huisbezoeken. De Bijbels in de oude vertaling en de psalmboekjes in de oude berijming worden steeds moeilijker verkrijgbaar. „Onlangs kwamen we ze in een grote boekhandel in Potchefstroom tegen. We hebben direct maar een hele vracht ingeslagen. De eigenaar zal wel verbaasd geweest zijn”, zegt Boer.
De kinderen in de gemeente praten vrijwel uitsluitend Afrikaans, maar kunnen de Nederlandse preken doorgaans goed volgen. Datzelfde geldt voor de vier leden die uit Afrikaanse kerken zijn overgekomen.
Eerste diensten
A. Meijer, afkomstig uit Stellendam, begon in 1961 (vermoedelijk op 16 april) met acht gezinnen diensten te houden in een gebouw van de gereformeerde kerk. Via de bandrecorder beluisterden ze preken van predikanten uit de Gereformeerde Gemeenten. Er werd een commissie gevormd, met L. Smits als voorzitter. Tot gemeentevorming kwam het echter nog niet, ook doordat enkele gezinnen naar Nederland terugkeerden.
Toen ook Meijer in 1963 terugging, volgde Smits hem op als contactpersoon. Met zijn vrouw ving hij tal van nieuwe emigranten op. Meijer keerde in 1965 terug naar Zuid-Afrika. Met zijn 92 jaar is hij nu het oudste gemeentelid.
In 1970 werd een nieuwe poging gedaan om een gemeente te stichten. Tijdens een vergadering op 7 maart waren er tien mannen aanwezig. Opnieuw werd besloten kerkdiensten te gaan houden. Smits werd weer tot voorzitter gekozen en las de volgende dag de eerste preek, van ds. G. van Reenen. Vooral de preken van ds. W. C. Lamain werden in die jaren vaak ter hand genomen.
Op 28 november 1970 waren tijdens een vergadering ten huize van A. Meijer naast elf emigranten ook de predikant en een ouderling van Den Haag-Centrum, ds. K. de Gier en W. Treur, aanwezig. In zijn openingswoord memoreerde ds. De Gier dat al tien jaar pogingen aangewend waren om tot gemeentevorming te komen. A. Meijer en L. Smits werden nu tot ouderling gekozen en T. Meijer (zoon van A. Meijer) en W. Weststrate tot diaken. Ze werden reeds de volgende dag bevestigd en daarmee was de instituering een feit. Te midden van vele wisselingen in de kerkenraad is diaken Meijer inmiddels al 32 jaar op zijn post.
Ds. H. Ligtenberg nam op 10 oktober 1975 het huidige kerkgebouw in gebruik. In 1979 opende ds. A. Hoogerland het verenigingsgebouw dat voor de kerk was gebouwd. Evenals vele huizen in Zuid-Afrika gaat de kerk achter een hoog hek schuil, met een elektronisch bedienbare poort.
Het eerste beroep dat de gemeente uitbracht, ging naar ds. J. van Haaren. Een paar keer per jaar komt een predikant uit Nederland enkele zondagen op bezoek. In de jaren 1985-1992 ging ook ds. J. Driessen regelmatig voor. Hij was zendingspredikant in Sannieshof, enkele honderden kilometers naar het westen.
In de hal van de kerk ligt ”De Saambinder” van de achterliggende week in veelvoud klaar. In verband met de lange, onregelmatige perioden die de posterijen nodig hebben, wordt het blad in Nederland direct na verschijning ingescand, gemaild en vervolgens in Randburg voor de abonnees gekopieerd.
Afstanden
Vanwege de afstanden leggen de kerkenraadsleden maar één huisbezoek per avond af en worden de catechisaties na de zondagmorgendienst gehouden. Enkele leden wonen ver van de kerk verwijderd: emeritus predikant ds. L. Huisman in Potchefstroom, 125 kilometer naar het zuidwesten; een jonge boer 150 kilometer in noordoostelijke richting; een uit Benthuizen afkomstige vliegtuigbouwer („hij heeft zelf ook een toestel waarmee hij regelmatig uit vliegen gaat”) zo’n 120 kilometer naar het zuidoosten.
Het verste lid, op ongeveer 400 kilometer afstand, kerkt ’s zondags in Theunissen, in Vrijstaat (de vroegere Oranje-Vrijstaat). Een van de vele grote boeren in die streek, M. Earlie, begon uit onvrede over het gehalte van de plaatselijke kerken huisgodsdienstoefeningen te houden. Toen het aantal hoorders groeide, bouwde hij een kerkje op zijn land. Het preekstoeltje dat hij, net als veel Boerengezinnen vroeger, in huis had, werd naar het kerkje overgebracht. Daar worden oude preken gelezen die vanuit het voorgeslacht bewaard gebleven zijn. Volgende maand hopen ds. C. de Jongste en ouderling Boer voor de tweede maal een bezoek aan deze groep te brengen.
De gemeente in Theunissen, die geen ambtsdragers heeft en nergens bij aangesloten is, ontvangt ook de preken die door Randburgse gemeenteleden in het Afrikaans vertaald zijn. Enkele maanden geleden verscheen een eerste bundel en de tweede is in voorbereiding. Van tijd tot tijd wordt in Randburg nu een Afrikaanse preek gelezen, zoals afgelopen zondagavond Zondag 15 uit de catechismusverklaring van ds. A. Hoogerland. De gemeente heeft ook het catechisatieboekje van ds. A. Hellenbroek en de bijbehorende vragen van ds. C. J. Meeuse in het Afrikaans vertaald en ook deze worden door de groep in Theunissen gebruikt. De vragen over het Kort Begrip van ds. G. H. Kersten zijn eveneens in het Afrikaans overgezet.
In de loop der jaren zijn er nogal wat gezinnen teruggegaan naar Nederland, onder meer vanwege de onstabiele politieke situatie begin jaren negentig. „’k Heb zelf vier kinderen hier, twee in Nederland en sinds kort één in Canada”, zegt Boer. „Zo is het emigrantenleven. Als iedereen gebleven was, was de kerk nu te klein geweest.”