Bloedinzameling in dorpen stopt
De grootschalige bloedinzameling door het Rode Kruis en het Centraal Laboratorium voor de Bloedvoorziening (CLB) in kleine dorpen en kernen verdwijnt. Wie in de toekomst nog bloed wil afstaan, moet naar de regionale Sanquin bloedbanken in grotere steden, dat heeft de Stichting Sanquin Bloedvoorziening vrijdag bevestigd.
In totaal gaat het om zo’n 60.000 donoren die vanuit kleine dorpen naar de stad moeten om bloed te doneren. Nederland heeft ongeveer 600.000 donoren.
De stichting, die in Nederland verantwoordelijk is voor het inzamelen van donorbloed, neemt deze maatregel, omdat de Amerikaanse autoriteiten geen ’Europees bloed’ meer accepteren. De Amerikanen zijn bang dat het Europese bloed besmet is met een variant van de ziekte Creutzfeldt-Jakob.
Een woordvoerder van Sanquin denkt dat veel mensen afhaken als ze verder moeten reizen om bloed af te geven. „Als je mensen goed voorlicht over het verdwijnen van de bloedafname in hun dorp gaat het goed, maar als dat niet gebeurt, haken ze af. Ook de langere reistijd speelt een rol. Mensen stappen niet in de bus om bloed af te geven.”
Het CLB levert bloed aan het New York Bloodcentre. Hier dreigt nu een tekort te ontstaan. In Nederland wordt mogelijk bloed weggegooid. Het Rode Kruis en het CLB nemen nu nog bloed af in de provincies Zuid-Holland, Zeeland, Noord-Brabant, Utrecht, Gelderland en Overijssel. In de toekomst moeten donoren dus naar de regionale bloedbanken. Deze zijn over het algemeen gevestigd in of bij een academisch ziekenhuis.