„Meer openheid voor het Evangelie in Israël”
HARDINXVELD-GIESSENDAM - „De Israëlische samenleving is een harde samenleving geworden. Men holt altijd maar weer door. Het is een sterk, maar tegelijk een zwak punt. Men is nog niet bekomen van de vorige oorlog of men bereidt zich al weer voor op een nieuwe strijd.”
Zo kenschetste drs. M. L. Dekker, medewerker voor het deputaatschap voor Israël van de Gereformeerde Gemeenten en woonachtig in Nazareth, donderdag in Hardinxveld-Giessendam de stresssituatie waarin het Israëlische volk verkeert. Dekker, die een evangelisatiepost bemant in Nazareth, sprak op de zesde landelijke Israëldag van het deputaatschap over de voortgang van het werk in Israël in tijden van crisis.„Voor het oog lijkt er niets aan de hand te zijn in Israël, maar onderhuids is er heel veel spanning en stress. Israël is een struikelblok voor de hele wereld”, zei Dekker. „Israël grenst in het noorden aan Libanon, dat wordt volgestopt met wapens en dat christenen honden noemt die op de vuilnisbelt horen. In het oosten wordt het bedreigd door Syrië, dat Israël als aartsvijand bestempelt, en in het zuiden wordt het land begrensd door de Gazastrook, waar de verwarring heeft toegeslagen. Daartussen ligt het land van de belofte. Het landje dat als nooit tevoren wordt bedreigd. Het Joodse volk leeft in voortdurende spanning en vrees.”
Volgens Dekker mag vrees echter niet de overhand hebben. „Vraagt naar de Heere en Zijne sterkte”, zei hij. „In die oproep ligt de enige kracht. Uiteindelijk zullen de oorlogen medewerken ten goede. De Heere is het enige antwoord en de enige oplossing voor het probleem in het Midden-Oosten”, aldus Dekker.
Dekker heeft ervaren dat er tijdens en door de oorlog met Hezbollah in de afgelopen zomer enkele openingen zijn ontstaan om het Woord uit te dragen. Hij riep op om gebed voor het Joodse volk, „dat het in de verootmoediging zou mogen komen.” Dekker meldde ook dat de situatie in Arad nog altijd niet veranderd is. De samenkomsten van de Messiasbelijdende gemeente daar worden nog steeds verstoord door groepen ultraorthodoxe Joden.
Ds. C. J. Meeuse, voorzitter van het deputaatschap, opende de ochtendbijeenkomst. Hij sprak over de tekst: „Jezus; want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden.” „Velen liggen overhoop met deze tekst”, aldus ds. Meeuse. Volgens de predikant uit Goes denken sommigen dat deze belofte alleen het Joodse volk geldt. Ds. Meeuse: „Dat is een arme gedachte. Het geldt zowel Joden als ons. Wij handelen niet eerlijk met het Joodse volk als we hen niet aanspreken op hun zonden. Immers, wanneer je je zonden niet kent, heb je de Messias niet nodig.”
In de middagbijeenkomst vertelde David Zadok, ouderling in de gemeente Grace & Truth in Rishon LeTsion over Gods weg in zijn leven. Zijn voorouders stammen uit Irak. Zelf is hij in Israël geboren. Vanaf zijn zestiende jaar reisde hij de halve wereld over om te studeren. In Amerika hoorde hij voor het eerst in zijn leven de naam van Jezus noemen en kreeg hij een Bijbel met zowel het Oude als het Nieuwe Testament.
Een rabbijn adviseerde hem het Nieuwe Testament eruit te scheuren. Dat durfde hij niet, „want een boek met de Tenach is een heilig boek”, aldus Zadok. „Ik ben het gaan lezen en het was of de puzzelstukjes van mijn leven in elkaar vielen. Ik kwam tot bekering, werd gedoopt en keerde terug naar Israël. Maar mijn goede nieuws was voor mijn familie slecht nieuws. Alle rechten werden mij ontnomen. Mijn familie brak met mij.”
Zadok ging in 2003 theologie studeren in Amerika en keerde in juni terug naar Israël. Met Dekker in Nazareth constateert Zadok dat er onder het Joodse volk meer openheid is gekomen voor het Evangelie van Jezus Christus. „De kerk in Israël groeit”, zegt Zadok. „Ik geloof dat we aan het begin van een nieuw tijdperk staan.” Zadok noemt het zijn hoop en gebed dat hij over twintig jaar een nieuwe generatie gelovigen in Israël mag zien en dat de kerk in Israël dan ook zending bedrijft.
Algemeen secretaris J. J. de Jong van het deputaatschap introduceerde samen met David Zadok en journalist G. Roos het Hebreeuwse vertaalproject van de Bijbelverklaring van Matthew Henry. Zadok: „We hebben bijna geen enkel Bijbelcommentaar in de Hebreeuwse taal. Er is dus behoefte aan. We hebben gekeken of het Bijbelcommentaar van Matthew Henry geschikt is voor de kerk in Israël en zijn begonnen met een proefvertaling van het evangelie van Johannes.”
Volgens Zadok is het geen letterlijke vertaling, maar meer een vertaling in de geest van wat Matthew Henry geschreven heeft. Hij hoopt dat over een jaar deze eerste vertaling gereed zal zijn. Gevraagd naar de politieke situatie in Israël noemde Roos deze erg instabiel. Zadok zei zich als dienaar van het Woord niet geroepen te voelen iets te zeggen over de politieke situatie. Wel zei hij dat de politieke situatie in Israël van invloed is op de mensen, ook op die van de leden van christelijke gemeenten.