Saddam roept Irakezen op geen haat te koesteren
BAGDAD - In een brief op internet roept de voormalige Iraakse dictator Saddam Hussein de Irakezen op geen haat te koesteren tegen degenen die hun land zijn binnengevallen.
„Ik roep jullie op geen haat te koesteren tegen de mensen van de landen die ons hebben aangevallen (…)”, zegt Saddam in de brief, waarvan de authenticiteit is bevestigd door een van zijn advocaten. „Ik roep jullie op niet te haten, omdat haat niemand de ruimte laat om rechtvaardig te zijn en omdat haat je blind maakt en alle deuren die leiden tot nadenken dichtslaat”, bepleit Saddam. De brief is woensdag geplaatst op een website waarvan in Jemen verblijvende activisten van zijn voormalige Ba’athpartij veel gebruikmaken.In de Jordaanse hoofdstad Amman zei een lid van het advocatenteam van Saddam, Issam Ghazzawi, dat de brief door Saddam was geschreven op 5 november, de dag waarop hij schuldig werd bevonden aan de dood van 148 mensen in het noordelijke stadje Dujail in 1982 en ter dood werd veroordeeld.
Het doodsvonnis van Saddam Hussein, dat door het hof van beroep is bevestigd, hoeft waarschijnlijk niet meer door president Jalal Talabani te worden bekrachtigd. Dat maakt het vonnis in dat geval definitief. Dat heeft Hiwa Osman, media-adviseur van Talabani, woensdag gezegd.
„Volgens sommigen hoeft de president niets meer te ondertekenen. Dat zou erop neerkomen dat het vonnis niet meer in handen is van de president”, zei Osman. Ook zei hij dat Talabani het besluit van het hof van beroep, dat het beroep van Saddam dinsdag verwierp, respecteert. Volgens de uitspraak moet het doodsvonnis binnen dertig dagen voltrokken worden. Als Talabani’s inbreng juridisch gezien verder niet nodig is, betekent dat dat Saddam geen middelen meer overblijven om aan executie te ontkomen.