„Elke predikant zou een halfjaar de zending in moeten”
SPAKENBURG - De recreatiebungalow grenst aan de jachthaven van Spakenburg. Het lijkt vakantie voor het echtpaar Schaafsma. Het zendingsechtpaar is echter op verlof en bereidt zich voor op de dienst zondag in Zuilichem en Nieuwaal. Vijfentwintig jaar geleden werd ds. Schaafsma daar bevestigd als predikant. „We zijn nu meer dan dertien jaar Nederland uit en hebben hier niet veel contacten meer.”
Lieuwe Schaafsma zag op 16 juni 1951 in het Friese Wouterswoude het levenslicht. Hij groeide op in een hervormd milieu. Predikanten waren niet zo gezind om naar het hoge noorden te trekken. Lieuwe herinnert zich dat zijn vader, scriba van de hervormde gemeente, in een lege pastorie regelmatig de telefoon gebruikte om predikanten te vragen voor een dienst. De pastorie was afgesloten van elektriciteit, om geen vastrecht te hoeven betalen. Lieuwe lichtte zijn vader met een zaklamp bij terwijl deze de oude draaischijf van de telefoon in gang zette om de predikanten over te halen.Na een technische middelbare opleiding ontwaakte in Lieuwe de roeping tot het predikantschap. Deze kwam mede tot stand onder de geestelijke vorming van de predikant ds. G. Veldjesgraaf. Schaafsma volgde het avondgymnasium in Groningen, waar hij zijn toekomstige vrouw leerde kennen. Aan de Groninger universiteit deed hij vervolgens zijn theologieopleiding, waaraan befaamde hoogleraren zoals A. S. van der Woude en A. F. J. Klijn verbonden waren. Kerkelijke hoogleraren waren A. Geense, P. J. Roscam Abbing en L. Hoedemaker. „Groningen kende geen Gereformeerde Bondsrichting, maar je werd er volledig geaccepteerd.”
Intrede
Op 26 december 1981 volgde de intrede in Zuilichem en Nieuwwaal. Bevestiger was ds. L. H. Oosten, destijds predikant in Wouterswoude. „Het was een enigszins lijdelijke gemeente waar ik toch wel aan moest wennen. Mensen liepen daar in het zwart, wat ik van huis uit helemaal niet kende. Gelukkig waren er openingen in de gemeente, zodat het Woord landde.”
Na vierenhalf jaar volgde intrede in Doornspijk, waarna in 1993 de tocht over de oceaan volgde. Ds. Schaafsma werd beroepen in het Canadese Springford. Het beroep kwam na een kennismakingsbezoek aan ds. K. Veldman, die deze gemeente diende en naar Zuid-Afrika vertrok. Het gezin Schaafsma met zijn zeven kinderen emigreerde, maar twee kinderen gingen alweer spoedig terug naar Nederland. „We zagen elkaar gelukkig elk jaar. We hebben een hechte familieband. Inderdaad, ze zijn vaak ver weg, maar we zijn dankbaar dat ze allen bij het Woord zijn gebleven.”
Het verblijf in Canada deed ds. Schaafsma kennismaken met een emigrantensamenleving: zelfbewuste mensen met een vechtersmentaliteit. Het was bovendien een jonge gemeente. In de zes jaar dat hij er stond, heeft hij maar drie begrafenissen geleid. Hij gaf er graag catechisatie, zoals hij dat ook in Doornspijk deed aan 400 catechisanten. Doordat hij soms moest voorgaan tijdens interkerkelijke bijeenkomsten, kwam hij in aanraking met presbyterianen, anglicanen en baptisten. „Ik heb daar voor het eerst het brede spectrum van de wereldkerk leren kennen.”
Malawi
Ten slotte volgde Malawi. Door het afbouwen van het zendingswerk van de Schotse Free Presbyterian Church kwam de roep tot Schaafsma om daar de herdersstaf op te pakken. Hij werd in 1999 uitgezonden door de GZB en Stichting Stéphanos, met als doel het toerusten van lokale evangelisten van de Reformed Presbyterian Church (RPC).
Na twee jaar werd hij predikant in de gemeente St. Michael and all Angels in Blantyre, een gemeente van de Church of Central Africa (CCAP). Verder is hij directeur geworden van een interkerkelijk instituut dat theologisch onderwijs op afstand verstrekt: Theological Education by Extension in Malawi (TEEM). Zijn vrouw is betrokken bij het gehandicaptenwerk, onder meer in de sloppenwijken van Blantyre. Ook is zij bezig met het opzetten van een tehuis voor hulpbehoevende gehandicapte mensen.
Inmiddels is de band tussen ds. Schaafsma en Stéphanos verbroken. Dit heeft onder andere als oorzaak dat Stéphanos zich vooral richt op diaconaal werk, terwijl ds. Schaafsma zending in de brede zin van het woord ter hand neemt. Ook is het zendingswerk van de Hersteld Hervormde Kerk ondergebracht bij Stéphanos, terwijl ds. Schaafsma predikant is in de Protestantse Kerk.
De jubilerende predikant ziet de kerk nog steeds groeien in Malawi. In de tijd dat hij daar werkzaam is, is het aantal ”presbyteries” van de Blantyre Synode van de CCAP gegroeid van 85 tot 125. „Dat zijn verblijdende ontwikkelingen. Zorgen zijn er ook te over, omdat het jonge kerken zijn in een arm land. Er is een honger naar toerusting en verdieping van de geloofskennis.”
Stipje
Vijfentwintig jaar predikantschap, het heeft hem veranderd, zegt ds. Schaafsma. „Je merkt dat veel Hollandse predikanten zich vastbijten in hun lokale situatie. We hebben eigenlijk nog maar weinig contact met de mensen die we in Nederland gekend hebben. Predikanten zijn hier vaak druk met hun eigen beslommeringen. Je kunt soms geen gemeenteavond voor de zending beleggen, omdat men bijna elke avond vol zit.”
Ds. Schaafsma heeft zijn blik ook verruimd door de wereldkerk. „Ik ben in Malawi zendelingen uit Duitsland, Engeland, Korea tegengekomen met wie je honderd procent één bent in de prediking van de gekruisigde Christus. Holland is maar een stipje op de wereldkaart. Ik heb in Nederland gemerkt hoe weinig zending eigenlijk leeft. Elke predikant zou een halfjaar in het buitenland moeten verkeren, bij voorkeur op het zendingsveld. Zij zouden dan ook eens buiten de grenzen kunnen kijken en zien dat Christus ook elders Zijn kerk heeft.”