Redeloos
Eén ding kunnen we in ieder geval zeggen: het is niet saai in Den Haag. Met onze nieuwbakken kamer, die we helemaal zelf hebben mogen kiezen. En met onze oudbakken regering, die we ooit gekozen hebben - indirect dan. Samen maken ze er een heus spektakel van.
En dat alles omwille van het welzijn der natie met haar inwoners, inboorling of vreemdeling, gewenst of ongewenst aanwezig. Je moet toch wat om te midden van sint en kerstman, zo tussen chocoladeletter en kerstkrans, het volk mee te laten maken dat het landsbelang je zwaar weegt. Het nut van het algemeen en je partij in het bijzonder profileer je vooral door ’s nachts tot halfdrie te vergaderen. Iedereen weet dat dan inderdaad de slimste beslissingen worden genomen.Lang leve de democratie! Er zit muziek in.
Daarom een ode en jammerklacht in wisselende vormen op onze volksvertegenwoordigers. Zij zagen kans om van deze tragedie voor het staatsrecht met dramatische taferelen een klucht te maken. Democratie, volgens Churchill de slechtste van alle regeringsvormen -als je alle andere buiten beschouwing laat.
De regering van de Nederlanden,
Is die wel in bekwame handen?
Gekat, gekijf en woordenstrijd,
Verdeeldheid, twist en haat en nijd,
En stompe politieke tanden.
De sprekers in ’s lands residentie
Vertoonden wel heel veel presentie
Van spierballenwapengekletter
- net roofridders maar dan wat netter.
Verder vooral wijsheidsabsentie.
Heb toch veel eerbied voor Den Haag,
Heb toch medelijden vandaag.
Al die hanen en hennen
Moeten gewoon even wennen
Pik orde orde orde graag.
Een leeuwin op ’t pluche te ’s-Gravenhage
Die liep reeds op haar laatste dagen.
Toch was zij heel niet voor de poes,
Want deze pittige snoes
Wil ’t uitzetten gans niet vertragen.
Voorspelbaar, dat bevalt niemand. Wat dan?
Kan het zijn dat Verdonk die sinds lang zat te bruisen,
Die sinds lang al de harten van asielzoekers brak
Weer maar eens, waar verstarring en koppigheid kruisen,
In stromende galmen de Kamer weer sprak?
En 93 procent van „de mensen in het land” (Wiegel) gelooft niet in de blauwe ogen van politici. Tenzij ze die elkaar bezorgen.
Denkend aan Den Haag
Zie ik getergde politici
Strak door venijnig’
debatten gaan.
Met rijen oneindig
IJle argumenten
Genadeloos elkaar
om de oren slaan.
Het oordeel hangt er laag
En ’t verstand wordt er langzaam
Naar ’t schijnt met genoegen
Vakkundig gesmoord
Ach ja. Met een redeloze kamer en een radeloze regering is het met hopeloze poëzie ook reddeloos. Daar kan geen verwrongen Da Costa of Marsman tegen concurreren.
Ir. P. M. Murre, manager van de lerarenopleidingen voortgezet onderwijs aan Driestar-educatief te Gouda.