EU beraadt zich op toekomst grondwet
BRUSSEL - Spanje en Luxemburg hebben de zestien landen die de Europese grondwet ook hebben goedgekeurd, uitgenodigd voor beraad. De landen willen in januari met elkaar bespreken hoe het verder moet met de constitutie.
Nederland is niet uitgenodigd voor het overleg op 26 januari te Madrid. De twee landen die de grondwet hebben afgewezen, Frankrijk en Nederland, zijn pas welkom op een volgend overleg op 27 februari in Luxemburg. De voorstemmers zouden daar hun visie bespreken met de twee dwarsliggers.Het plan voor het Europese topoverleg is donderdag in de marge van de EU-top in Brussel gelanceerd door de Spaanse en Luxemburgse ministers van Europese Zaken, Navarro en Schmit.
Premier Balkenende heeft er geen problemen mee dat de landen aanvankelijk zonder Nederland gaan praten over de toekomst van de EU-grondwet. „Er vinden heel veel overleggen plaats”, aldus de minister-president donderdagavond na afloop van de eerste vergaderdag van regeringsleiders in Brussel. „Wij wachten verdere ontwikkelingen af.”
Het overleg vindt overigens plaats op het niveau van staatssecretarissen, zei Balkenende.
EU-voorzitter Finland had de EU-landen donderdag ieder apart in een zogeheten biechtstoelprocedure gevraagd hoe ze verder willen met de grondwet. „De meeste landen willen zo veel mogelijk behouden van de inhoud”, vatte de Finse premier Vanhanen de gesprekken samen.
Minister Bot van Buitenlandse Zaken sprak namens Nederland met Vanhanen over de grondwet, maar hij benadrukte vooral dat het kabinet weinig kan zeggen, omdat het demissionair is.
De EU heeft nog geen concreet plan van aanpak voor de in Nederland en Frankrijk afgestemde grondwet. Een plan wordt pas in 2009 verwacht. Duitsland, vanaf januari een halfjaar EU-voorzitter, wil proberen het project weer vlot te trekken.
De Europese grondwet moet het makkelijker maken voor de EU-landen om samen te beslissen. Ze leveren daarvoor veel vetorechten in. De constitutie voorziet ook in een Europese president en een minister van Buitenlandse Zaken.