Kerk & religie

De eigen koers van oud katholieken

AMERSFOORT - De Oud Katholieke Kerk (OKK) zet met haar besluit tot het inzegenen van homorelaties haar zelfstandige koers ten opzichte van de Rooms-Katholieke Kerk (RKK) voort. Secretaris E. M. P. P. Verheij erkent dat het besluit een hobbel zal zijn, net zoals het toelaten van vrouwen tot het priesterambt. „Maar ook hier hebben we onze eigen verantwoordelijkheid.”

K. van der Zwaag
22 November 2006 11:25Gewijzigd op 14 November 2020 04:18
Verheij: ...eigen verantwoordelijkheid...
Verheij: ...eigen verantwoordelijkheid...

De OKK is ”katholiek”, maar staat zelfstandig tegenover de Rooms-Katholieke Kerk. De Oud Katholieke Kerk ontstond in 1723, toen het kapittel van Utrecht zonder toestemming van Rome Cornelis Steenoven tot bisschop benoemde. Nederland was in die tijd missiegebied (de RKK was niet officieel toegestaan in Nederland), waardoor Rome geen nieuwe bisschop wilde benoemen. De lokale kerk vroeg daar echter al twintig jaar om. Men besloot zelf een nieuwe bisschop te benoemen.Na het Eerste Vaticaans Concilie (1870) kwamen rooms-katholieken in Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk in verzet tegen de groeiende macht van Rome. Contacten met de oud katholieken in Nederland leidden tot de oprichting van de Unie van Utrecht, een gemeenschap van onafhankelijke katholieke kerken.

Het kerkverband telt in Nederland zo’n 6000 leden en heeft twee bisdommen: Utrecht en Haarlem. De OKK verwerpt het primaat van de paus. Wel houdt men vast aan de zeven sacramenten en aan de traditionele verhouding tussen Heilige Schrift en traditie. Het verplichte celibaat werd in 1922 opgeheven.

Sinds 1931 bestaat er een volledige kerkelijke overeenkomst tussen de Anglicaanse Kerk en de OKK. In 1998 volgde de OKK de Anglicaanse Kerk in de openstelling van het priesterambt voor vrouwen. Inmiddels functioneren in drie oud katholieke parochiekerken in Nederland vrouwelijke priesters. In principe staat het apostolisch ambt van diaken, priester en bisschop open voor gehuwde en ongehuwde mannen en vrouwen.

Het collegiaal bestuur stelt in het ontwerp over de inzegening van homorelaties dat „homoseksuele gelovigen volwaardige kerkleden” zijn, „met alle rechten en plichten daaraan verbonden.” „Deze acceptatie kan niet anders betekenen dan dat de deelname aan alle andere sacramenten ook voor homoseksuelen open is.”

Als twee mensen hun leven delen, is God naar Zijn woord in hun midden, aldus het voorstel. De kerk kan die „sacramentele realiteit” bevestigen. Een homorelatie is iets anders dan een huwelijk, zegt het bestuur, maar daarbij gaat het om „relatieve verschillen.”

Secretaris Verheij benadrukt dat het inzegenen van homorelaties niet hetzelfde is als het bevestigen van een homohuwelijk. Maar is dit besluit niet een opstapje daar naartoe? „Dat is niet in beeld. Daarmee zou je je ook vervreemden van de oecumenische partner. We zeggen alleen dat geslacht, evenals ras en kleur, geen reden tot discriminatie is.”

Vormt dit besluit in uw kerk aanleiding tot een breuk?

„Er zijn kerkleden voor wie dit voorstel te snel gaat. Er leven ook vragen over de theologisch onderbouwing van het geheel. Natuurlijk zijn er leden die deze stap liever niet hadden willen zetten, zoals dat destijds ook bij het openstelling van de ambten voor vrouwen het geval was. Maar we hopen dat, zoals ook toen, de leden het besluit zullen steunen. We nemen met onze positie inzake de zegening van homorelaties een plaats in tussen de Remonstrantse Broederschap en de Protestantse Kerk in Nederland.”

De OKK gaat zich bezinnen op de toekomst van het kerkverband. Het collegiaal bestuur stuurde vorig jaar alle parochies een Werkboekje, waarin de huidige situatie van het kerkverband wordt geschetst. Het ging onder meer over een dalend ledental en minder inkomsten. De OKK moet meer naar buiten treden. Zij is nog te veel een schuilkerk gebleven, aldus het rapport.

Verheij: „We hebben gelukkig nog oud geld in bezittingen, maar geen levend geld. Je ziet net als bij Kerkbalans dat steeds minder mensen steeds meer betalen. Ik wil niet zeggen dat de situatie dramatisch is, maar als we nu geen maatregelen nemen, is het misschien echt te laat.”

Volgens Verheij is het een pluspunt dat de OKK veel toetreders van buitenaf kent. „De helft van de OKK bestaat uit toetreders, niet alleen uit de RKK, maar ook uit andere kerken. Men voelt zich aangetrokken tot de openheid van onze kerk. We moeten het dus niet van de natuurlijke aanwas hebben. Prioriteit is wel dat we ons meer gaan richten op jongeren. Tot hun twaalfde zijn ze wel kerkelijk betrokken, maar daarna wordt het een probleem om hen vast te houden. Nodig is hernieuwde visie op onze oud katholieke identiteit.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer