Verkiezingsberaad op zondag
De lijstaanvoerder van GroenLinks, Halsema, wil zondagmiddag een vorkje prikken met PvdA-leider Bos en SP-voorman Marijnissen.
Doel is om onder het genot van smakelijke gerechten en een goed glas wijn alsnog de mogelijkheden voor een linkse coalitie te bespreken. „Zo kunnen we de burger nog voor de verkiezingen het perspectief bieden van een beter, menselijker beleid,” zei de linkse voorvrouw. Marijnissen wil, als de stemming er goed in zit, komen tot een tienpuntenplan waarop een nieuwe, linkse regering kan worden afgerekend.De opties voor een beter, menselijker beleid bespreken, op zondag, kan dat? Jazeker. Dat kan. Zondag is zelfs bij uitstek de dag waarop deze zaken aan de orde moeten komen. Het is de dag van rust, bezinning, reflectie en een nieuw begin. Mevrouw Halsema heeft dus een uitgelezen moment gekozen om hierover te praten.
Alleen, mevrouw Halsema kiest de verkeerde locatie: een goed etablissement in het westen van het land; en de verkeerde gesprekspartners: Bos en Marijnissen. Zondag is niet primair de dag waarop met collega’s gesproken moet worden over de regeringsplannen, maar is het moment waarop met de Koning overleg dient te worden gevoerd.
Voor alle duidelijkheid: met de Koning der koningen. De ontmoeting met Hem vindt ook niet plaats in een gerenommeerd restaurant, maar in een veel voornamer en chiquer gelegenheid: de voorhoven des Heeren, de plaats van het gebed.
Op de laatste zondag voor de verkiezingen mag en moet de komende stembusgang zeker aandacht krijgen in de eredienst. Het is goed gebruik in veel reformatorische kerken om iedere zondag in het gebed de Heere te smeken om hulp en wijsheid voor allen die in hoogheid zijn gezeten. Maar zeker zondag is het gepast daar uitgebreid bij stil te staan.
Daarbij gaat het er niet primair om te bidden of de ene of de andere partij wint. Dat dient niet het wensenpakket te zijn dat aan de Heere wordt voorgelegd. De voorbede voor de overheid mag nooit leiden tot het uitspreken van een voorkeur voor een mens, hoe goed zijn politiek program ook is.
Dat is wel gebleken na de herverkiezing van de Amerikaanse president Bush. Toen in 2000 vanwege onduidelijkheid over de stembusuitslag het lange tijd onzeker was of Bush dan wel zijn rivaal Al Gore was gekozen, is er in veel orthodoxe kerken in de Verenigde Staten gebeden voor een overwinning van Bush. Van hem verwachtte men een meer Bijbels verantwoorde koers dan van Al Gore.
De recente verkiezingen voor het Congres hebben aangetoond hoezeer veel Amerikaanse christenen daarin teleurgesteld zijn. Bush heeft, afgezien van de benoeming van twee leden van het hooggerechtshof, weinig aandacht gegeven aan de ethische kwesties. En om nog een voorbeeld te noemen: ondanks zijn regering is er juist de laatste jaren in een aantal staten meer ruimte gekomen voor het homohuwelijk.
De Bijbel zegt niet voor niets: vest op prinsen geen betrouwen, waar men nimmer heil bij vindt. In het gebed op de zondag voorafgaand aan de verkiezingsdag moet het daarom gaan om de eer en hulp van Hem die ver boven prinsen en wereldgroten gaat. Zijn eer moet worden gezocht en bedoeld.
Dat moet ook de leidraad zijn bij de keus in het stembushokje. Welke partij wil daar het meest mee rekenen? Wie wil zich, met alle tekort, houden aan het tienpuntenplan dat iedere zondagmorgen in de kerk wordt gelezen?
Marijnissen hoeft zondagmiddag ook niets op te stellen. De tien programmapunten ligt al eeuwen klaar. Hij en alle andere politici kunnen daarmee aan de slag. Het gebed moet zijn of kamerleden en burgers daarvoor willen buigen, ook aanstaande woensdag in het stemhokje.