Rijkswaterstaat probeerde het zeven meter lange zoogdier maandag met visnetten naar Stellendam te verslepen. Nadat die actie was mislukt, spoelde het dier aan in het natuurgebied aan het Haringvliet.Medewerkers van natuurhistorisch museum Naturalis in Leiden onderzoeken dinsdag in welke staat het stoffelijk overschot van de vinvis verkeert. Zij brengen het skelet naar Naturalis voor verder onderzoek.

Het is heel bijzonder dat in Nederland een gewone vinvis aanspoelt. Sinds de zestiende eeuw zijn er maar 26 strandingen gemeld. Volgens een woordvoerder van Naturalis dachten de onderzoekers in eerste instantie dat zij met een dwergvinvis te maken hadden. Nu zij het dier beter onder de loep kunnen nemen, blijkt het om een jonge ’gewone vinvis’ te gaan.

Gewone vinvissen leven doorgaans in de diepe wateren van de oceanen. Waarom het dier van zijn koers is geraakt, is onduidelijk. Volgens Henri van Grouw, die voor Naturalis de vinvis in Scheelhoek onderzoekt, heeft het dode beest geen staart meer. „Het zou kunnen dat hij in een visnet verstrikt is geraakt en daardoor is gestorven. Maar het dier kan evengoed een natuurlijke dood zijn gestorven en op zee door een schroef van een schip zijn geraakt”.

Doordat de vinvis langere tijd op zee heeft gedreven, is het lichaam verregaand bedorven. Ook doordat het aan de branding was blootgesteld en door de bergers met een sjofel werd opgetild, is er weinig meer van over.