De Stichting Vogelbescherming, de Waddenvereniging en Faunabeheer stapten naar de Raad van State omdat ze bang zijn dat de mosselzaadvisserij grote schade zal toebrengen aan de eidereendenpopulatie.De raadsman van de productorganisatie van de mosselvissers (PO Mosselcultuur) ging er tot voor kort van uit dat de milieuorganisaties geen schorsing zouden vragen van de vergunning voor het opvissen van 6 miljoen kilo mosselen in de westelijke Waddenzee.

De mosselzaadvissers uit Yerseke wilden dit jaar gewoon hun gang gaan omdat de door het ministerie van LNV verleende vergunning aan alle strenge Europese en Nederlandse milieueisen leek te voldoen. Zo maakte LNV een zogenoemde passende beoordeling van de beschikbare mossels in de Waddenzee.

LNV en de vissers berekenden dat na het opvissen van 6 miljoen kilo mosselvlees nog meer dan genoeg mosselzaad overblijft voor de eider- en toppereenden.

Vorige week hebben de vissers al de helft van het quotum opgevist. Daarvan hebben ze ruim 72 procent weer uitgezaaid, zodat slechts een klein deel is verwijderd. Vanaf maandag willen de vissers de rest opvissen, maar dan moet de Raad van State daar wel toestemming voor geven.

Staatsraad P. van Buuren wilde weten waarom de milieuorganisaties ervan uitgaan dat de eidereenden alsnog in de problemen kunnen komen als er toch voldoende mossels lijken te zijn.

De raadsvrouw van de milieuorganisaties zei dat er deze winter mogelijk veel meer dan de verwachte 77.000 eidereenden in de westelijke Waddenzee zullen foerageren en dat er door herfststormen en andere voorvallen toch te weinig mosselzaad voor de vogels overblijft.

Uitspraak volgt binnen enkele dagen.