Ook gaat de invoering van de zorgplicht niet gepaard met de plicht voor scholen om alle leerlingen die zich aanmelden, te accepteren. Dat zei minister Van der Hoeven van Onderwijs woensdag tijdens een commissievergadering in de Tweede Kamer over het speciaal onderwijs.Onder schooldirecteuren is onrust ontstaan over de consequenties van de zorgplicht, die Van der Hoeven in 2010 wil invoeren. Als basisscholen alle leerlingen met een handicap die zich aanmelden moeten accepteren, zou dat betekenen dat er geen speciaal onderwijs meer overblijft, zo luidt hun redenering.

Kern van de zorgplicht is dat de school voor elke leerling die zich aanmeldt, passend onderwijs gaat leveren.

Minister Van der Hoeven benadrukte dat basisscholen bij invoering van de zorgplicht de deskundigheid van het speciaal onderwijs hard nodig hebben. Bovendien zal er altijd een groep leerlingen blijven die geen plek kan krijgen in het basisonderwijs. „Speciaal onderwijs waar het moet, regulier waar het kan”, aldus de bewindsvrouw.

De bewindsvrouw weersprak woensdag de gedachte dat invoering van de zorgplicht betekent dat de school iedere leerling moet accepteren. „De zorgplicht houdt in dat scholen verantwoordelijk worden voor het vinden van een plek voor het kind. Dat kan op de eigen school, maar ook op andere scholen via regionale samenwerkingsverbanden”, aldus de minister.

Verder zei de minister dat ze de commissaris voor het jeugd- en jongerenbeleid, Van Eijck, heeft ingeschakeld om de wachtlijsten in het speciaal onderwijs te onderzoeken. Hij moet volgende maand een antwoord geven op de vraag waarom veel kinderen met gedragsproblemen geen passende plaats op een school kunnen krijgen.

De resultaten van het onderzoek moeten een rol spelen tijdens de kabinetsformatie na de verkiezingen van 22 november.