Brazilië en Uruguay vrezen crisis
Brazilië en Uruguay zullen de komende dagen alle zeilen moeten bijzetten om te voorkomen dat hun economie net zo hard wordt geraakt als die in Argentinië. In beide landen is de vrees groot dat de ernstige financiële crisis van 1999 zich herhaalt op het Zuid-Amerikaanse continent.
De regering in Uruguay heeft dinsdag alle banken voor minstens 24 uur gesloten. De plotselinge maatregel volgde op een scherpe daling van de Uruguayaanse peso als gevolg van de crisissfeer in buurland Brazilië. De peso zakte kort na aanvang van de valutahandel ruim 20 procent ten opzichte van de dollar. Voor de Amerikaanse munteenheid moest 35 peso worden betaald, tegen 29 maandag.
Vooral de beslissing van de Uruguayaanse centrale bank om de activiteiten van Banco Montevideo Caja Obrera op te schorten, veroorzaakte de val van de peso. Deze belangrijke bank werd tot voor kort nog gecontroleerd door het noodlijdende Argentijnse Grupo Velox, eveneens een handelspartner van Ahold.
Uruguay lijdt al langere tijd onder de financiële crisis die Argentinië sinds eind vorig jaar teistert. Ook Brazilië heeft daar last van. Maandag kwam de Braziliaanse real in een vrije val terecht, waardoor de vrees bestaat dat straks een financiële crisis het gehele Zuid-Amerikaanse continent in de greep houdt.
Sluiting van het bankwezen moet wat rust brengen. Uruguay hoopt op steun van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Het land heeft hard geld nodig. Sinds begin dit jaar is de deviezenreserve van de centrale bank met 75 procent gedaald.
Paniek was dinsdag ook zichtbaar in Brazilië. Daar zakte de real ondanks interventies van de Braziliaanse centrale bank opnieuw naar 3,30 real per dollar. Dit is het laagste niveau sinds de koers in 1999 werd vrijgegeven. Brazilianen raakten daarmee in één klap 5,5 procent van hun koopkracht kwijt.
De koersval van de valuta’s toont een groeiend gebrek aan vertrouwen in beide economieën en maakt voor de landen te importeren goederen alleen maar duurder. In de Zuid-Amerikaanse landen neemt zo de inflatie toe, waardoor de kans groter wordt op situaties zoals die zich voordoen in buurland Argentinië. Dat is zo goed als bankroet.
Sinds de Argentijnse overheid in december de betaling van haar schulden moest stopzetten, sidderen de buurlanden. Uruguay lijdt net als Argentinië onder een kapitaalvlucht en de Uruguyaanse bevolking staat evenals het Argentijnse volk te trappelen om haar spaargeld op te nemen. In Uruguay wordt nu gevreesd dat de autoriteiten na de sluiting van de banken ook de spaartegoeden gaan bevriezen, zoals in Argentinië al het geval is.
Brazilië heeft vergeleken met zijn buurlanden de situatie redelijk in de hand. Het land wordt al enige tijd geprezen om zijn financiële beleid. Een crisis zoals in Argentinië is niet te verwachten, menen deskundigen.
Buitenlandse investeerders in Brazilië zijn er niet helemaal gerust op. Zo vrezen ze de presidentsverkiezingen in oktober. In de peilingen liggen linkse kandidaten aan kop, die bedrijven willen nationaliseren en de overheidsuitgaven willen verhogen, zoals de voormalige marxist Luiz Inacio Lula de Silva. Daarmee zou een einde kunnen komen aan het solide financiële beleid dat de huidige president, Cardoso, heeft gevoerd.
De Europese beurzen waren gisteren al in de ban van de problemen in Zuid-Amerika. Zo ging dinsdag de beurskoers van ABN Amro 7,6 procent omlaag. Volgens analisten was deze waardedaling een direct gevolg van de zwakkere real. De bank haalt 15 procent van haar inkomsten uit Brazilië. Ahold, dat door zijn Argentijnse partner Velox in de crisis wordt meegesleurd, daalde 6,3 procent. In Spanje werden de banken BSCH en BBVA hard geraakt en, in mindere mate, telecomaanbieder Telefónica.
De hoop is nu gevestigd op steun van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Het fonds bleek echter afgelopen weekeinde niet bereid snel een krediet van 750 miljoen dollar over te maken naar Brazilië. De onderhandelingen verlopen moeizaam. Woensdag zou wel een een vertegenwoordiging van de Braziliaanse regering naar Washington vliegen om te praten over steunverlening.
De Verenigde Staten zijn nog steeds voorstander van internationale financiële steun aan Brazilië. De regering-Bush liet dit dinsdagavond bij monde van Witte-Huiswoordvoerder Ari Fleischer weten. Eerder deze week gooide de Amerikaanse minister van Financiën, Paul O’Neill, nog olie op het vuur met zijn opmerking dat hulpgelden voor Latijns-Amerikaanse landen de neiging hebben op Zwitserse bankrekeningen te belanden. Het Witte Huis repte dinsdag met geen woord over deze uitglijder van O’Neill. De Braziliaanse regering eist schriftelijke excuses.