Het openbaar ministerie verdenkt Van der H. ervan dat zij haar man heeft vergiftigd met een overdosis pillen en wil dat zij nader psychisch wordt onderzocht. Daarnaast eiste het OM veertien jaar celstraf.De rechtbank „acht de grondslag om Van der H. op basis van moord of doodslag vast te houden niet aanwezig.” De vrouw kan nog worden veroordeeld voor onder meer zware mishandeling, hulp bij zelfdoding of levensbeëindiging op verzoek. Maar moord of doodslag is uitgesloten, bevestigde een woordvoerder van het OM.

Van der H. was tijdens de rechtszaak hevig geëmotioneerd. „Ik heb niks gedaan. Hij is mijn leven, we deden alles samen.” Ze zou naar eigen zeggen samen met haar man op 24 december 2005 een overdosis pillen hebben ingenomen, omdat „het voor hem allemaal niet meer hoefde.” Hij pakte volgens Van der H. twee toetjes uit de koelkast en deed daar een theelepeltje morfine in. Daarna pakte hij een potje pillen uit het nachtkastje en verdeelde de inhoud.

Van der H. zei dat ze allebei evenveel hadden genomen, ongeveer vijftien pillen. In tegenstelling tot haar man had zij naar eigen zeggen geen fles wijn achter de kiezen. Zij werd weer wakker en belde de hulpdiensten. Toen haar man in het ziekenhuis aankwam, was hij al diep in coma.

Bij haar werd later een veel lagere concentratie aan giftige stoffen vastgesteld, verklaarde een toxicoloog tijdens de zitting. „Of mevrouw heeft minder pillen ingenomen, of haar lichaam heeft die niet helemaal opgenomen. Dat is mogelijk door stress.” Ambulancepersoneel was er bovendien getuige van dat Van der H. aan het braken was.

De aanklager zei dat de vrouw een motief, de middelen en de gelegenheid had. Hoewel Van der H. zei een gelukkig huwelijk te hebben, beschikte de officier over tegenstrijdige informatie. Het slachtoffer zou hebben aangekondigd te willen scheiden.