Rechter veroordeelt „geintjes” in Betuwe
ARNHEM - „De hele week werken en in het weekend wat drinken en een geintje uithalen”, zo vatte een van hen het samen. Maar die geintjes liepen uit de hand. Als gevolg daarvan moesten drie jongemannen uit Kesteren en Ochten woensdag voor de politierechter in Arnhem verschijnen.
De 22-jarige A. de K. A. uit Kesteren werd veroordeeld voor het vernielen van een waterpompinstallatie in Ochten. Hij moet een boete van 300 euro betalen. Zijn broer, de 20-jarige D. de K. A. uit Ochten, werd voor hetzelfde vergrijp veroordeeld, evenals voor de mishandeling van een discotheekbezoeker in Ommeren. Hij kreeg een taakstraf van veertig uur.Hun vriend, de 22-jarige G. de S. uit Kesteren, werd voor beide zaken veroordeeld, evenals voor het stelen van een bouwkeet in Ochten. De S. kreeg een taakstraf van tachtig uur en een voorwaardelijke celstraf van drie weken opgelegd.
De rechter behandelde de delicten in chronologische volgorde en begon met de mishandeling van een bezoeker van een discotheek in Ommeren, op 1 augustus 2005, waarbij de G. de S. en D. de K. A. waren betrokken. „De man gedroeg zich irritant”, zo verklaarden zij. Volgens getuigen zouden vijf mannen op hem hebben ingetrapt. Het slachtoffer hield er een hersenschudding en kapotte kleren aan over.
Op 14 mei reden de drie verdachten langs een waterpompinstallatie. Het was warm weer en het leek hun wel lollig om een droogstaande sloot onder water te zetten. De politie betrapte hen op heterdaad toen zij de klem van een verloopstuk vernielden.
Toen G. de S. op 4 juni met een vriend terugkwam van een feest zagen zij in Ochten een schaftkeet op een bouwplaats staan. Zij koppelden het 8 meter lange gevaarte achter de auto, met de bedoeling de keet voor het politiebureau in Kesteren neer te zetten.
Een boer zag de verdachten in de weer met de bouwkeet, die twee keer losraakte. De man belde de politie, die de ’grappenmakers’ wist te onderscheppen. De bouwkeet belandde in een sloot.
De mishandeling namen de vrienden serieus. Over de andere zaken deden ze tot ergernis van de rechter wat lacherig. „Dit zijn meer dan uit de hand gelopen grappen”, zo sprak hij de verdachten vermanend toe. „Als het echt fout was gegaan, dan was de schade niet te overzien geweest.”