Vanuit het regionaal commando Zuid in Kandahar stuurt hij als plaatsvervangend bevelhebber de wederopbouwtaken aan van de internationale troepen in de zes zuidelijke regio’s van Afghanistan. Volgens Verweij verloopt een en ander niet geruisloos. De taliban frustreren de wederopbouw met (bom)aanslagen en allerlei gewapende acties. Een tweede probleem vormt volgens de kolonel de papaverteelt en vooral de bestrijding ervan.Vermeij zegt in de Defensiekrant dat het veel zou schelen als buurland Pakistan het grensgebied strenger zou controleren. „Helaas steunt al-Qaida de taliban, die bovendien hulp krijgen vanuit Pakistan. De Pakistaanse overheid blijkt niet in staat de taliban in het grensgebied Baluchistan aan te pakken en de overgang met Afghanistan dicht te houden. Circa 40 procent van de taliban, vooral leidinggevenden, vormt de harde kern en arriveert goed getraind direct vanuit Pakistan.” Hij constateert tevens dat de taliban vanuit Pakistan voortdurend worden bewapend en voorzien van zaken als verbindingsmiddelen en voertuigen.

Prof. dr. Rob de Wijk, onderzoeker bij het instituut voor buitenlandse betrekkingen Clingendael, zei net voor de zomer in deze krant al dat Pakistan de schuldige is van de groeiende concentratie talibanstrijders in zuidelijk Afghanistan. De Wijk uitte zijn twijfels over de vraag hoe loyaal het Pakistaanse leger is. „Mogelijk durven Pakistaanse militairen zelfs het gebied niet eens in te gaan.”

Militaire vakbond AFMP/FNV vindt de uitlatingen van Vermeij niet echt motiverend voor de mensen die daar nu zitten.

Na een periode van twee jaar sluit Nederland zijn militaire aanwezigheid in het noorden van Afghanistan af. Het comfortabele Nederlandse kamp bij het stadje Pol-e Khomri in de provincie Baghlan werd donderdag in aanwezigheid van minister Kamp van Defensie ceremonieel overgedragen aan een Hongaarse eenheid.