Dit meldde Stichting De Ondergrondse Kerk (SDOK) maandag in een persbericht. Ooggetuigen geven aan dat op 7 augustus een groep van zo’n 50 mannen, gewapend met messen en stokken, het kerkje van de gemeente in Thaki Momanpura omsingelde. De groep begon de linkerzijde van de kerk te vernielen. Enkele christenen probeerden de vernielingen te stoppen, maar werden aangevallen en verwond. Drie van hen liepen diepe messneden in hun nek, armen en benen op. Dit overkwam Mehmood Sikander (25 jaar), Munier Masih (52 jaar) en Sharafat Masih (40 jaar).Toen de groep uiteindelijk wegtrok, namen zij een van de lokale christenen mee. Van hem ontbreekt nog altijd ieder spoor, aldus de SDOK.

Op het politiebureau weigerde de dienstdoende agent procesverbaal op te maken. Lokale ziekenhuizen wilden daarnaast geen medische hulp bieden aan de gewonde christenen.

Christenen in Pakistan wijzen Yaqoob Maher aan als verantwoordelijke man voor de aanslag. Maher is een grondbezitter die in de buurt woont van Thaki Momanpura. Hij heeft zijn oog laten vallen op het grondgebied van deze nederzetting. Daar wonen hoofdzakelijk christenen.

Hoewel het er in eerste instantie niet op lijkt dat religieuze motieven een rol spelen in dit voorval, maakt SDOK-directeur Edwin Baelde zich zorgen over de christenen in deze Pakistaanse nederzetting. Tekenend vindt hij het dat men zowel op het lokale politiebureau als in verschillende ziekenhuizen weigerde om hulp te bieden aan de christenen. „Door juist het kerkgebouw aan te vallen, werd het hart van deze kleine christelijke gemeenschap geraakt”, aldus Baelde, die enkele maanden geleden een bezoek bracht aan een nabijgelegen buurgemeente.

De 56 christelijke gezinnen, waaruit de getroffen gemeente bestaat, zijn arm en beschikken niet over gas, water en elektriciteit. Thaki Momanpura ligt op ruim 20 kilometer afstand van de grote stad Lahore.