Binnenland

Jubilerend Enkhuizen jonger dan gedacht

ENKHUIZEN - Bestaat Enkhuizen nu 650 of 651 jaar? Een paneel in de buurt van het station maakt duidelijk dat in 1355 stadsrechten werden verleend. Maar de vele vlaggetjes op straat duiden erop dat het 650-jarig bestaan nu pas wordt gevierd. P. J. de Vries, voorzitter van de historische vereniging Oud Enkhuizen: „Jarenlang is er van uitgegaan dat de stadsrechten in 1355 werden gegeven, maar dat moet 1356 zijn.”

18 August 2006 22:18Gewijzigd op 14 November 2020 04:01
ENKHUIZEN – De Dromedaris aan de Buitenhaven in Enkhuizen. De stad bestaat 650 jaar. „Enkhuizen is nooit ingenomen.” Foto ANP
ENKHUIZEN – De Dromedaris aan de Buitenhaven in Enkhuizen. De stad bestaat 650 jaar. „Enkhuizen is nooit ingenomen.” Foto ANP

Vanaf de dijk tussen Lelystad en Enkhuizen is het voormalige Zuiderzeestadje goed te zien. Een wirwar van masten duidt erop dat de haven floreert, met name door de pleziervaart.Daartussendoor is de Dromedaris zichtbaar. De toren werd eeuwen geleden gebouwd om de haven te beschermen. Vlaggen in de stad wijzen erop dat veel Enkhuizenaren meedoen aan de vieringen. Op meerdere manieren, zoals door een tocht met polderschuiten, is dit jaar bij het jubileum stilgestaan.

Op 27 januari 1356 verleende hertog Willem van Beijeren Enkhuizen stadsrechten. De Vries: „Dat gebeurde twee dagen na Sint-Paulusdag, de viering van de bekering van Paulus op 25 januari. In die tijd werd in de jaartelling gerekend met de paasstijl: Nieuwjaar werd op eerste paasdag gevierd.”

Het jaar 1355 liep dus van Pasen 1355 tot Pasen 1356. „De 27e januari 1356 viel tussen die twee paasvieringen en werd dus nog gerekend bij 1355, terwijl het eigenlijk al 1356 was.”

Pas enkele jaren geleden is dit definitief vastgesteld. Om die reden was in 1955 nog de viering van het 600-jarig bestaan, terwijl nu, 51 jaar later, het 650-jarig bestaan wordt gevierd.

De in Enkhuizen geboren en getogen De Vries verdiept zich al jaren in de geschiedenis van zijn stad. Zo weet hij dat Enkhuizen zijn ligging aan de vroegere Zuiderzee vaak goed heeft benut. De Vries: „In de late middeleeuwen leefden Enkhuizenaren voor een belangrijk deel van de Oostzeehandel.” De Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) en later ook de West-Indische Compagnie (WIC) hadden er in de 17e eeuw een vestiging. Dat was een bloeiperiode. De haringvangst zorgde ook voor veel inkomsten.”

Later die eeuw, toen Amsterdam veel handel naar zich toe trok en de Nederlanden te lijden hadden van oorlogen met de Engelsen, raakte de economie van Enkhuizen in het slop. „Dat is ook goed zichtbaar aan het inwonertal. In 1630 woonden er 23.000 mensen, twee eeuwen later nog maar 5000”, aldus de voorzitter van de Vereniging Oud Enkhuizen.

Inwoners van Andijk zorgden ervoor dat de stad opnieuw tot bloei kwam. „Rond 1850 gingen veel Andijkse zaadhandelaren hun waren vervoeren via de haven van Enkhuizen. Dat waren vooral gereformeerden. En nog steeds zijn hier zaadhandelaren.”

De komst van de stoomtrein gaf een extra impuls. „Mensen konden met de trein van Amsterdam naar Enkhuizen, dan met de boot naar Stavoren en vervolgens met de trein naar Leeuwarden. Dat was voor die tijd een snelle verbinding.”

Nog altijd is in Enkhuizen veel van de historie zichtbaar. Delen van de vestingwerken zijn nog te zien rond de stad. „In het schootsveld mogen nog steeds geen huizen worden gebouwd.” Bovendien liggen op diverse plaatsen in de stad onder de grond resten van de stadsmuren.

Een opvallend pand in de binnenstad is het gebouw waarin de Vereniging Oud Enkhuizen is gehuisvest. Het heeft een prachtige bewerkte gevel, die net als bij veel eeuwenoude huizen schuin voorover helt. „Op die manier kon bij regen het water niet naar binnen slaan.” Boven aan de trapgevel staat de beeltenis van de Maagd van Enkhuizen. „Dat duidt erop dat de stad nooit is ingenomen.”

Een ander bijzonder punt is naast het station te vinden. Daar ligt een park dat deels in de Engelse en deels in de Franse stijl is ingericht. Het is aan het einde van de 19e eeuw samen met bijbehorende huizen gefinancierd uit het nalatenschap van een afstammelinge van een VOC-prominent.

Toch is de oude binnenstad niet de favoriete plaats van De Vries. „Dat is namelijk de vissershoek. Enkhuizen bestaat uit twee delen: de vissershoek en de boerenhoek. De vissershoek is vooral het gebied rond de havens. De boerenhoek ligt daar deels omheen. Het was daar altijd veel groener. De huizen hadden tuinen, er liep vee en er stond zelfs een boomgaard.” Nog altijd is deze verdeling te zien. De boerenhoek ziet er duidelijk ruimer uit dan de binnenstad. „De sfeer straalt hier altijd rust uit.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer