PKN roept op tot gebed Midden-Oosten
UTRECHT - De ontwikkelingen in Israël, Libanon en de Palestijnse gebieden vervullen het moderamen van de Protestantse Kerk in Nederland met grote zorg, mededogen en afschuw. Kerkenraden en predikanten zijn door de kerk per brief opgeroepen tot voorbede en op de hoogte gesteld van correspondentie die de PKN heeft gevoerd met partners in het Midden-Oosten.
In de brieven schrijft de kerk geen keus te willen maken tussen steun aan Israël en het meeleven met de slachtoffers van de oorlog in Libanon. „Wij hebben solidair te zijn met onze Joodse landgenoten, die zich grote zorgen maken over de veiligheid van Israël. De huidige situatie mag niet leiden tot uitlatingen of handelingen die tegen joden gericht zijn. Door veel partners wordt de vraag gesteld of de mate van het gebruikte geweld nog wel te rechtvaardigen is. Het willekeurig afschieten van raketten of het vernietigen van de infrastructuur maakt het aantal slachtoffers alleen maar groter en de situatie alleen maar hopelozer”, zo schrijft het moderamen.Voor de Protestantse Kerk is nog een ander punt van groot belang. „In onze kerkorde hebben wij onze onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël uitgesproken. Wij vereenzelvigen volk en land niet zonder meer, maar beseffen dat voor het joodse volk de staat Israël deel is van de Joodse identiteit. De onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël is geen keuze die we ook anders kunnen maken, maar een gegeven. Zonder deze verbondenheid is de kerk geen kerk. Tegelijkertijd leren wij uit de aan Israël geopenbaarde Wet en profeten, dat de levende God opkomt voor het recht van de verdrukten en vervolgden. Ook dat is voor de kerk niet een keuze die ook anders uit kan vallen, maar een gegeven. Zonder Israël én zonder het diaconaat kan de kerk niet over zichzelf spreken.”
De PKN noemt het „een verzoeking” om van dit gegeven toch een keuzemodel te maken en het ene ten koste van het andere te verabsoluteren. „Daarbij wordt aan de kerk soms een gebrek aan duidelijkheid in de ene of de andere richting verweten. Het eigene van onze kerk is echter gelegen in het vasthouden aan dit gegeven, ook waar het hartverscheurend wordt. Het kiezen voor een eenzijdig politiek standpunt wijzen wij duidelijk af. Wij hopen op een zo spoedig mogelijk einde van de vijandelijkheden en roepen alle betrokken groeperingen en regeringen op een rechtvaardige vrede te bewerkstelligen.”