De krant heeft elf plaatsen onderzocht waar luchtaanvallen in totaal aan zo’n 400 burgers het leven hebben gekost. Wie die ”on site reviews” heeft uitgevoerd, vermeldt de krant niet. Uit het onderzoek concludeert de NYT dat Amerikaanse bevelhebbers soms zwaar hebben vertrouwd op foute of zelfs misleidende informatie van Afghanen van wie niet duidelijk is waar hun loyaliteit ligt.

De voorkeur van de Amerikanen voor luchtaanvallen in plaats van voor riskantere operaties op de grond heeft de weg afgesneden naar controle van de inlichtingen uit Afghaanse bronnen. Daardoor hebben de Amerikanen aanvallen gedaan zonder dat zij precies wisten wat zij aanvielen, aldus de krant.

Het is in de oorlog in Afghanistan wel voorgekomen dat Amerikaanse bommen niet het doel raakten waarvoor zij bedoeld waren. Zo raakte een bom die bedoeld was voor de mogelijke verblijfplaats van een Taliban-commandant in november vorig jaar een moskee, waardoor 65 bezoekers om het leven kwamen.

Maar dat soort fouten maken de VS niet veel. Veel vaker, zegt de NYT, zijn burgers omgekomen doordat bommen precies de doelen troffen waarvoor zij bedoeld waren. Dat kwam doordat de doelen mogelijk bepaald waren op basis van opzettelijk misleidende informatie.

Door de aanval van de VS eerder deze maand op dorpen in de provincie Oruzgan, waarbij zeker 54 burgers omkwamen, is bij de Afghaanse bevolking grote irritatie ontstaan. Dat ondermijnt volgens The New York Times niet alleen de goodwill die de VS hebben opgebouwd bij de strijd tegen de Taliban, het „dreigt ook de jacht op de overgebleven strijders van Taliban en al-Qaida te frustreren.”

De nieuwe regering in Kabul verwerpt de kritiek op de Amerikaanse strategie. Een woordvoerder van president Hamid Karzai zei tegen de BBC dat het aantal burgerslachtoffers van de Amerikaanse luchtaanvallen niet bijzonder hoog is gezien de omvang van de militaire campagne. Volgens de zegsman heeft de Afghaanse regering Washington wel gevraagd nauwkeuriger te zijn bij de jacht op strijders van de Taliban en al-Qaida. De VS moeten hun informatie beter verifiëren en meer precisiebombardementen uitvoeren, aldus de woordvoerder.

Een bus waarmee Afghanen onderweg waren om een picknick te houden aan de oever van een meer is zaterdag bij Bamiyan, 200 kilometer ten westen van de hoofdstad Kabul, op een landmijn gereden. Dertien inzittenden kwamen om het leven en zes raakten gewond.

Passagiers hadden er bij de chauffeur van de bus op aangedrongen dat hij een omweg zou maken, omdat zij wisten dat er mijnen lagen bij de grote weg, maar de chauffeur had dat genegeerd, zei VN-woordvoerder David Singh. Na het ongeluk werden de andere mijnen op de weg geruimd.

Na twee decennia oorlogvoering liggen 5 tot 10 miljoen landmijnen verspreid over Afghanistan. De meeste zijn er achtergelaten door het Sovjetleger dat Afghanistan tien jaar lang bezet heeft gehouden. De afgelopen 23 jaar zijn volgens schatting van de VN 100.000 mensen, onder wie veel kinderen, gewond of verminkt geraakt. Hoewel er hard wordt gewerkt om de mijnen op te ruimen blijven deze vooralsnog een groot gevaar voor iedereen in Afghanistan.