Gemeenten twijfelen na kwestie-Hirsi Ali
DEN HAAG - Veel gemeenteambtenaren weten na de kwestie rond Hirsi Ali niet meer hoe ze om moeten gaan met foutief verstrekte persoonsgegevens.
Minister Verdonk van Vreemdelingenzaken heeft met haar besluit om de onjuist opgegeven geboortedatum van Hirsi Ali te accepteren grote onduidelijkheid gecreëerd. Dat stelt L. Evers, bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken, in het orgaan van de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten.De hele politieke discussie heeft volgens hem gemeenten vooral een „enorme kater” opgeleverd. „Wij moeten nu echt opnieuw bedenken hoe wij ons gaan verhouden nu nota bene de minister zegt dat een verkeerde geboortedatum of een andere naam er niet zo toe doet”, zegt Evers, zelf werkzaam achter de balie van de gemeente Roermond.
Gemeentelijke overheden handelen volgens het principe dat wie een verkeerde naam of geboortedatum opgeeft per definitie geen Nederlander kan zijn. De Hoge Raad stelde in 2005 in een arrest over een Iraaks gezin dat een valse naam opgaf: „Niet bestaande personen kunnen niet tot Nederlander worden genaturaliseerd.” Dat nu bij Hirsi Ali een foute geboortedatum geen reden bleek het Nederlanderschap in te trekken, betekent volgens Evers oprekking van de huidige grenzen.
Evers vindt dat de overheid zo snel mogelijk moet zorgen voor aanvullende regels of een wetswijziging rond identiteitsfraude door vluchtelingen. Daarmee schaart hij zich achter de SGP, die tijdens het debat in een motie de minister al om meer duidelijkheid vroeg.
SGP-Kamerlid Van der Staaij, woordvoerder Vreemdelingenzaken, kan zich goed voorstellen dat de kwestie rond Hirsi Ali nu bij veel gemeenten vragen oproept. „Wij hebben de minister gevraagd: is het systeem niet veel te rigide?” Volgens Van der Staaij moet de overheid bij beslissingen over het al dan niet intrekken van het Nederlanderschap „alle omstandigheden” mee laten wegen.
Evers wil ambtenaren of het gemeentebestuur meer vrijheid geven om soms een wijziging in persoonsgegevens te kunnen aanbrengen. Maar dat vindt Van der Staaij geen goed idee. „Van de kant van de rijksoverheid moet nu gewoon duidelijkheid komen.”
Minister Verdonk heeft beloofd nog voor de behandeling van de departementsbegroting in het najaar met een reactie op de motie te komen.