Dat stelt de Haagse hoofdofficier van justitie H. Moraal in een dinsdagmorgen gepubliceerd AD-interview. „Officieren moeten gewoon over straat kunnen zonder dat ze door hun buren op hun werk worden aangesproken, of erger.”Door de persoonlijke aanvallen wordt de indruk gewekt dat een officier van justitie vanwege persoonlijke redenen een zaak aanspant. Maar de aanklager doet dat alleen maar als vertegenwoordiger van het openbaar ministerie, stelt Moraal. Volgens hem worden officieren hiermee doelwit van bedreiging en intimidatie, onder meer door criminelen.

De Haagse hoofdofficier, die vorig jaar zelf een kogelbrief ontving, stelt dat het op de man spelen een trend is van de afgelopen jaren. Enkele topadvocaten begonnen ermee, onder meer door veelvuldig de media op te zoeken. „Een deel van de advocatuur heeft die trend gevolgd. Noem het kopieergedrag.”

Moraal vindt dat ook de media blaam treft. „Ik zie in de media een steeds grotere personificatie van strafzaken. Laatst stond een compleet cv van een rechter in de krant.”

Hij vindt dat de media voortaan alleen nog maar de namen van de hoofdofficier en de persofficier moeten noemen. Nu is het zo dat het openbaar ministerie de media alleen in bepaalde zaken verzoekt om de namen van de officieren niet te noemen. Volgens Moraal gebeurt dat alleen in zaken over bijvoorbeeld voetbalvandalisme of terrorisme.