Aanleiding voor de strafzaak zijn uitspraken die de LR-leider 5 november vorig jaar in het AD/Rotterdams Dagblad heeft gedaan over de medewerker van Van Heijgen. In het bewuste artikel werd Sörensen gevraagd wat Van Heijgen met de 13.000 euro voor fractieondersteuning heeft gedaan. De gemeente had van alle gemeenteraadsfracties de declaraties voor fractieondersteuning uitgeplozen.Onderzoek had uitgewezen dat de 13.000 euro die Van Heijgen ontving, door hem was overgemaakt op een rekening van een derde partij. Wat er met het geld was gebeurd, kon niet worden verantwoord. Deze ”derde” bleek het geld te hebben overgemaakt naar de fractiemedewerker van Van Heijgen. Op die manier kon de medewerker zijn uitkering van de sociale dienst behouden.

De journalist vroeg Sörensen waarom Van Heijgen het geld niet rechtstreeks naar de rekening van de fractiemedewerker had overgemaakt. Sörensen had daarop geantwoord dat Van Heijgen misschien een beetje bang was van zijn medewerker, gezien het boek dat deze heeft geschreven over zijn eigen verleden. „In dat boek schrijft deze man dat hij een moord heeft gepleegd en in een psychiatrische inrichting heeft gezeten”, aldus Sörensen toen. „Ik heb dus alleen maar gezegd wat deze man zelf over zijn verleden heeft geschreven”, aldus de LR-voorman.

De fractiemedewerker heeft destijds aangifte gedaan van laster en belediging. Sörensen vindt het uiterst merkwaardig dat het OM hem vervolgt. „Eerder heb ik aangifte gedaan van het feit dat ik in een column ben uitgemaakt voor SS’er en nazi. Ook heb ik aangifte gedaan van mishandeling en stalking. Dat heeft allemaal nooit tot vervolging geleid. Nu word ik vervolgd voor het citeren van iemand. Ongelooflijk.”

Een justitiewoordvoerder zegt dat de gewraakte column destijds serieus is bekeken, maar dat er geen aanleiding was de schrijfster aan te pakken. Wat er met de twee andere aangiftes is gebeurd, is niet duidelijk.