Binnenland

Bomverstoorders mee naar Uruzgan

DEN HAAG - Defensie neemt speciale bomverstoorders mee naar de Afghaanse provincie Uruzgan. Dat hebben bronnen binnen de krijgsmacht maandag gemeld.

Binnenlandredactie
13 June 2006 09:15Gewijzigd op 14 November 2020 03:50

De apparaten kunnen radiofrequenties volledig blokkeren, waardoor het voor terroristen moeilijker wordt om op afstand via bijvoorbeeld een mobiele telefoon bommen langs de weg te laten ontploffen. Een woordvoerder van het ministerie wilde maandag niets zeggen over de zogenoemde ”bombjammers”. „Daarover doen we geen uitspraken.”Dinsdagavond debatteert de Tweede Kamer met de ministers Kamp (Defensie), Bot (Buitenlandse Zaken) en Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) over de missie naar Uruzan. Momenteel zit daar een eenheid militairen -de deployment task force- die de komst van de echte hoofdmacht van 1400 militairen in juli en augustus voorbereidt.

De commandant van de opbouwploeg, kolonel Morsink, zei afgelopen weekeinde dat Nederlandse commando’s bij gevechten met vooral talibanstrijders de afgelopen periode mogelijk al enige tientallen strijders hebben gedood. In een brief over de missie die het kabinet vrijdag naar de Kamer stuurde, stond daarover nog niets.

Defensie stelde maandag dat er geen bewijzen zijn voor de inschatting van Morsink dat er tientallen doden zijn gevallen. Vorige week gaf de commandant der strijdkrachten, generaal Berlijn, al toe dat de weerstand van de taliban in Uruzgan groter is dan verwacht. Hij zei ook zich met name zorgen te maken over geïmproviseerde bommen die langs de weg ontploffen.

De generaal bekijkt nu of Defensie het Zuid-Afrikaanse pantservoertuig Nyala gaat aanschaffen, als extra beveiliging. De jeep is echter niet in grote aantallen verkrijgbaar. De Canadezen beschikken in Kandahar over slechts veertig Nyala’s.

Het materieel dat de militairen meekrijgen, is robuust. Er is de bescherming van Apachehelikopters en F16-gevechtsvliegtuigen, er gaan drie zware kanonnen van het type Pantserhouwitser 2000 mee.

De Nederlandse militairen beschikken straks ook over gepantserde voertuigen als de Patria en de Fennek, pantserrupsvoertuigen als de YPR en gepantserde vrachtwagens en jeeps met pantserdekens.

Het overwicht aan materieel dat meegaat naar Uruzgan zet echter geen zoden aan de dijk, stelde prof. dr. R. de Wijk recent in deze krant. Volgens hem is vuursteun vanuit de lucht en de vuurkracht van de Pantserhouwitser slechts belangrijk voor bescherming van de Nederlandse troepen.

Om de situatie in een groter gebied dan rond de Nederlandse bases bij Tarin Kowt en Deh Rawod onder controle te krijgen, zou volgens de hoogleraar een veelvoud aan grondtroepen nodig zijn.

Defensie ontkent dat de Nederlanders vanwege de risico’s niet meer met jeeps zullen rondrijden in Uruzgan. „Je kunt niet zo simpel stellen dat het nu een vechtmissie is geworden”, zegt luitenant-kolonel Van der Zee, woordvoerder van het ministerie van Defensie. „Op de dag dat wij vorige week zware gevechten voerden, opende gouverneur Munib een stuk verderop in Uruzgan een brug. Tijdelijk en plaatselijk is het een vechtmissie, maar aan de andere kant van de vallei doen we aan wederopbouw en humanitair werk”, aldus Van der Zee.

”Three-block warfare” heet een dergelijke combinatie van militair optreden: humanitair, wederopbouw en vechten als het nodig is. „In Irak ging het eigenlijk net zo. In de Nederlandse provincie Al Muthanna deden wij aan wederopbouw, maar 60 kilometer verderop in Najaf, of in steden als Fallujah en Nasriyah werd hevig gevochten”, aldus Defensie. „We willen soms te veel ’door een rietje’ kijken naar Uruzgan, maar we moeten het grotere plaatje van de regio niet vergeten.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer