Dat schrijft de raad in een woensdag uitgegeven persverklaring.Volgens de raad, die woensdag vergaderde, is een „ondubbelzinnige afwijzing op zijn plaats omdat de inhoud van de preek haaks staat op het belijden van de Protestantse Kerk in Nederland, zoals geformuleerd in artikel I van haar kerkorde.”

De Protestantse Raad voor Kerk en Israël schrijft het te betreuren dat „door de gang van zaken en door de publiciteit velen in joodse kring en in de kerken gekwetst zijn.” Volgens de raad is het van belang dat het inhoudelijke gesprek wordt voortgezet over de manier waarop antisemitische tendensen ook in het christelijke gedachtegoed voortbestaan en bestreden dienen te worden. De raad zal zich actief inzetten om dit gesprek „aan te gaan met ieder die daarvoor openstaat.”

Ten slotte wordt in de verklaring gesteld dat in de PKN „het nodige in het werk gesteld is om de kerkordelijke weg te bewandelen inzake de kwestie rond de afgewezen preek.”

De Protestantse Raad voor Kerk en Israël is het adviesorgaan van de Dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk op het werkveld kerk en Israël.