De Spaanse justitie gaat onderzoeken of de op drie na hoogste man van de Chinese communistische partij schuldig is aan het aanzetten tot genocide of het (laten) vervolgen van een religieuze minderheid.Het hooggerechtshof stelt dat een onderzoek in Spanje naar de behandeling van leden van de Falun Gong mogelijk is op basis van wetgeving die genocide en andere zware schendingen van de mensenrechten strafbaar stelt, onafhankelijk van de vraag waar deze feiten zich hebben afgespeeld.

Als de Spaanse justitie besluit tot een gerechtelijk vooronderzoek tegen Jia zou het voor het eerst zijn dat een buitenlands justitieorgaan zich bemoeit met de harde lijn die de Chinese regering volgt tegenover de Falun Gong.

De beweging zelf stelt dat op last van de Chinese regering duizenden leden zijn vermoord en dat tienduizenden in de gevangenis zijn gezet nadat de sekte in 1999 werd verboden omdat hij een gevaar zou vormen voor de openbare orde en het gezag van de communistische regering.

De bekendmaking van het onderzoek naar de vervolging van leden van de Falun Gong volgt kort op een Chinees protest tegen een ander Spaanse onderzoek, naar genocide in het bezette Tibet. Volgens China heeft het buitenland niets te maken met interne Chinese aangelegenheden.