De buurlanden onderhouden formeel geen diplomatieke banden en het mag een wonder worden genoemd dat zij, ondanks hun geschillen, rond de tafel zijn gaan zitten. Turkije en Armenië liggen al jaren overhoop over de veronderstelde massamoord op anderhalf miljoen Armeniërs door Turken in de Eerste Wereldoorlog. De Armeniërs noemen de moorden genocide. De Turkse regering ontkent dat het om volkerenmoord gaat en zegt dat veel Armeniërs zijn omgekomen in de chaos die gepaard ging met het uiteenvallen van het Osmaanse Rijk.De besprekingen, die plaatsvinden op het niveau van hoge ambtenaren van de ministeries van Buitenlandse Zaken, hebben kennelijk nog niet tot een doorbraak geleid. De gespreksronden werden gehouden nadat de Turkse premier Recep Tayyip Erdogan de Armeense president Robert Kotsjarian een brief had gestuurd waarin hij voorstelde dat beide landen een gezamenlijk, historisch onderzoek naar de moorden zullen instellen.

Tan zei dat de besprekingen voortduren, maar wilde geen details verstrekken. Hij zei dat de normalisering zal afhangen van de vraag of de Armeniërs tot grotere flexibiliteit in staat zijn.

Turkije staat onder druk van de Europese Unie om de genocidekwestie op te lossen in verband met zijn aspiraties voor toetreding tot de EU. Verscheidene EU-lidstaten erkennen de moorden als genocide. De kwestie ligt extreem gevoelig in Turkije, waar Turken gerechtelijk zijn vervolgd omdat zij het waagden de moorden te vergelijken met genocide.

Turkije sloot in 1993, tijdens de oorlog tussen Armenië en Azerbeidzjan om Nagorno Karabach, zijn grenzen met Armenië. Volgens de regering in Jerevan is de sluiting van de grenzen zeer schadelijk voor de Armeense economie. Armenië is door land omringd en heeft geen havens voor de import of export van goederen.