Geen privézaak
Begin 2005 besloot het dagblad Trouw „de God van Nederland en Zijn volgelingen in kaart te brengen.” Een jaar lang bracht de krant elke week een artikel over het „alledaagse christendom”, „niet het sombere relaas van de kerktop, maar opgewekte gelovigen die zich inzetten voor hun kerkgemeenschap.”
Woensdag rondde Trouw de serie af. De kracht van de artikelenreeks is dat hij laat zien dat religie geen achterhaald verschijnsel is en geen uitstervend fenomeen. Zelfs niet in het Nederland van de 21e eeuw.Dat is een les die moderne atheïsten soms maar moeilijk willen leren. Binnen de logica van hun eigen denken kan het, zo menen zij, niet anders dan dat elk redelijk mens op den duur zal inzien dat er niet meer is dan het empirisch waarneembare. Maar de werkelijkheid leert anders: mensen hebben een onuitroeibare behoefte aan zingeving, die zij niet zelden vinden in een godsdienst, in een geloof.
Minder sterk aan de manier waarop Trouw het thema presenteert, is de wel erg positieve suggestie die van de artikelenserie uitgaat. In de trant van: al dat klagen over secularisatie is onnodig. Mensen gaan wel minder vaak naar de kerk, zijn wellicht minder orthodox, maar ze zijn heus nog wel ’gelovig’. Ze doen het alleen op hun eigen manier. Nou en?
Het is dezelfde wijze van denken die in het CDA veel wordt aangetroffen. Denk maar niet dat de secularisatie noodzakelijkerwijze leidt tot een afkalvende christendemocratie. Welnee, heel veel mensen geloven in ”het hogere” en hebben waarden en normen die boven het platte materialisme uitstijgen. Die mensen verenigen wij in onze partij, zodat we nog een glansrijke toekomst tegemoet gaan.
Christenen die de Bijbelse boodschap serieus nemen, moeten zich in zo’n benadering echter niet laten meenemen. Achter die benadering schuilt maar al te vaak de vooronderstelling dat het ten diepste niet uitmaakt hoe je gelooft en dat alle vormen van religie wel zo’n beetje naar hetzelfde doel leiden.
De Bijbel leert anders. Er is voor zondaren maar één Weg terug naar de Vader. Dat is door het geloof in Jezus Christus, Die na Zijn opstanding ten hemel is gevaren en vanuit die plaats alle dingen regeert.
Een al te positieve benadering van de huidige godsdienstige beleving van mensen is om nog een andere reden misplaatst. Door zo’n invalshoek vergeten we gemakkelijk dat er wel degelijk steeds meer druk komt, vanuit maatschappij en politiek, om religie uit het publieke domein te bannen.
Zo vond D66-kamerlid Van der Laan het dinsdagavond nodig om, bij haar kandidaatstelling voor het lijsttrekkerschap, opnieuw de aanval te openen op de onderwijsvrijheid. Dat religie in onze samenleving al veel minder zichtbaar is dan vroeger is haar en vele anderen blijkbaar niet voldoende: godsdienst moet nog verder worden teruggedrongen naar het privéterrein.
Dat is een ontwikkeling die ons wel mag verontrusten. Geloof is inderdaad in de eerste zaak een privézaak, maar vertaalt zich vervolgens ook in gedrag en in allerlei keuzes op het publieke terrein. Politici en burgers die in het geheel niets willen horen of zien van iemands levensovertuiging, gaan gemakkelijk onderdrukken wat mensen ten diepste beweegt.
Ook kerken zelf moeten ervoor oppassen geloof niet uitsluitend als privézaak te definiëren. Dat is het namelijk niet. Vorige week maakte iemand op een jongerenavond over christelijke politiek een treffende vergelijking. Ook daaruit bleek dat geloof niet in de binnenkamer gehouden mag worden. „De wedloop van het geloof is als een estafettewedstrijd”, stelde de inleidster van de avond. „Daarin loop je niet alleen voor jezelf. Hoe je loopt, hoe je je gedraagt, is ook van invloed op de prestaties van anderen.”