Binnenland

Op Kimberley struinen door de rimboe

SCHAARSBERGEN - Ruiters hebben vrij baan in Nationaal Park De Hoge Veluwe. Sinds vorige week mogen zij hun paard dwars door de rimboe sturen, mits ze zich aan bepaalde regels houden. Hoog tijd om dat eens te proberen. Op Kimberley, een 14-jarige lichtbruine merrie.

10 May 2006 08:58Gewijzigd op 14 November 2020 03:44
SCHAARSBERGEN – Ruiters mogen sinds vorige week vrij door park De Hoge Veluwe rijden. Manegehouder Rik Steijn (r.) en zijn vriendin Inge van Soest (l.) maken daar dankbaar gebruik van. Foto RD
SCHAARSBERGEN – Ruiters mogen sinds vorige week vrij door park De Hoge Veluwe rijden. Manegehouder Rik Steijn (r.) en zijn vriendin Inge van Soest (l.) maken daar dankbaar gebruik van. Foto RD

Normaal gesproken neemt manegehouder Rik Steijn van Stal Mansour in Arnhem alleen ervaren ruiters mee De Hoge Veluwe op. Gisteren maakte hij een uitzondering voor een verslaggever met minimale ervaring. Met een kwartiertje paardrijles en een bijzonder rustig paard kom je een heel eind, zo blijkt.Stal Mansour ligt op een steenworp afstand van ingang Schaarsbergen van het nationaal park. Alleen de provinciale Koningsweg moet worden overgestoken. Na een stuk grasveld volgt de eerste proeve van stuurmanskunst. Voor ruiters is er een aparte ingang van De Hoge Veluwe: een poortje van 1,5 meter breed. Het slot steekt een beetje uit, daar kunnen berijders hun knieën behoorlijk aan openhalen. Kimberley blijft gelukkig keurig in het midden.

Tot voor kort konden ruiters na de ingang bij Schaarsbergen slechts uit twee routes kiezen. Het ruiterpad linksom volgen richting het middelpunt van het park en rechtsom weer terug, of andersom. Steijn: „Dat rondje ben ik inmiddels spuugzat. Ik heb het misschien al wel honderd keer gereden. Dat geluid hoorde ik ook van andere liefhebbers. Dus het experiment van De Hoge Veluwe om ons meer vrijheid te geven, komt als geroepen.”

Na 100 meter ruiterpad is het zover. Steijn stuurt zijn merrie recht het bos in. Mohwy, het paard van zijn vriendin Inge, volgt onmiddellijk. Kimberley heeft er duidelijk minder zin in. Na enige aandrang verlaat ze voorzichtig de gebaande weg. Toch volgen de paarden ook nu een pad: een wildwissel, een weggetje dat het wild gebruikt. Op sommige plekken is het erg smal en laag. Behendig ontwijken we laaghangende takken en dicht op elkaar staande dennenbomen.

Plotseling klinkt er nog meer gekraak van takken. Een reebok maakt zich uit de voeten. Steijn: „Dat is het grote voordeel van ruiters: de lucht van de paarden overheerst de mensenlucht. Wild kun je dus tot op 10, 20 meter benaderen zonder dat het iets in de gaten heeft. Herten beschouwen paarden niet als vijanden.”

Even later verlaten we de wildwissel en wordt het nog lastiger. Grote takken liggen her en der op de grond. De paarden zoeken er voorzichtig hun weg door. Ze tillen hun voeten gewoon wat hoger op. Dan ligt er een boomstam dwars over de route. De enige manier is erover heen. Kimberley doet er minder moeilijk over dan haar berijder. Met een klein sprongetje is ook deze hindernis genomen. Steijn: „Nog een voordeel van paarden: ze komen door elk terrein heen.”

Toch is niet alles opengesteld voor ruiters. Rustgebieden van het wild blijven verboden terrein, evenals de wegen en fiets- en wandelpaden van het park. Zodra we op een zandpad komen, gaat Steijn aan de zijkant ervan in het gras rijden. „Hier rijden veel auto’s van boswachters. Als paarden daar veel gebruik van maken, komen er gaten in. Daar zijn boswachters niet zo blij mee.”

Steijn hoopt dat ook andere rondstruinende ruiters zich aan de regels houden. „De Hoge Veluwe beschouwt dit als een experiment. Als wij wild of recreanten verstoren, is het gedaan met de pret.”

Voor het nationaal park heeft de proef ook voordelen. Paardenhoeven laten open stukjes zand achter in bos- en heidegebieden. Gebleken is dat juist die kleine open stukken bijzondere dieren aantrekken. Zo leeft de grote wrattenbijter, een sprinkhanensoort die nog maar op twee plekken in Nederland voorkomt, alleen op die stukjes zand. Ook blijken zaailingen van de jeneverbes met name langs de randen van ruiterpaden te groeien.

Daarnaast levert de proef meer inkomsten op, die het park hard nodig heeft. Omdat vrij struinen tot nu toe uniek is in Nederland, zullen meer ruiters naar De Hoge Veluwe komen. Zij betalen 6 euro entree, hun paarden 3 euro.

Het zal Kimberley een zorg zijn. Na een halfuurtje rijden worden de teugels gewend, richting stal. Onmiddellijk begint de trouwe merrie een stapje harder te lopen. Steijn heeft zijn gps-systeem niet nodig. Paarden hebben zo hun eigen navigatiesysteem.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer