Apologeten gevraagd
Grieken mogen antieke afgoden, zoals Zeus, Athene en Poseidon, weer publiekelijk aanbidden. Een rechtbank heeft zich in die zin uitgesproken. Zeus is de oppergod, de vader van de goden en van de mensen, de heerser over het heelal. Athene was een dochter van Zeus en werd -het is toch ongelooflijk?- geboren uit zijn hoofd. Poseidon is de god van de zee en het water. En de Griekse mythologie kent nog veel meer oude godenverhalen.
Nu is Griekenland een knap eind weg. Wie per auto van Amsterdam naar Athene wil rijden, moet rekenen op een kleine 3000 kilometer. Dat is ver van ons bed. Maar Duitsland is Nederlands buurman. Mensen die de naam van Christus begeren te dragen moeten er toch niet aan denken dat de oude Germaanse bullebak Wodan weer een publieke rol zou krijgen. Of de god van het onweer en de vruchtbaarheid Donar.Toch is dat niet slechts ongegronde fantasie. De ouderwetse afgoden zijn dichterbij dan menigeen denkt. Eind 2003 erkende Denemarken de aanhangers van de oude, voorchristelijke Scandinavische godsdienst Forn Sidr officieel als religieuze gemeenschap. Vereerders van de goden Odin en Thor ontvingen daarmee zelfs het recht om huwelijken te sluiten.
In Nederland manifesteert zich hier en daar satanisme. Maar er bestaat ook in ons land een groeiende vereniging Nederlands Heidendom. Het ”Heidens Jaarboek 2004” is uitverkocht. Het Jaarboek 2005 bevat onder andere een artikel over Germaanse cultische jongens- en krijgerbonden. Hemden met het runenlogo en Germaanse feestdagen vallen alleen nog in de maten M en L te bestellen. De andere zijn niet meer verkrijgbaar.
Als een reformatorische dominee de Heidelbergse Catechismus behandelt, wijst hij de gemeente doorgaans op het kwaad van het eigentijdse verafgoden van het ego. Of van carrière en geld. Terecht. Maar hij mag als het gaat over afgoden niet blijven steken bij Baäl of Astarte. Er bestaat concreet, actueel heidendom.
Zo is er in Griekenland een groep mensen -naar schatting zo’n 2000- die terugkeer bepleit naar de oude mythologie. Een Griekse priester typeerde de aanhangers van de oude godsdienst als „een handjevol erbarmelijke reanimisten van een gedegenereerd oud geloof die willen terugkeren naar de monsterlijke, duistere waanvoorstellingen uit het verleden.” Maar de ontwikkeling laat zich niet stuiten.
Lange tijd hebben heidenen christenen vervolgd. In het jaar 313 vaardigden keizer Constantijn en zijn medekeizer Licinius het Edict van Milaan uit. Daarin verklaarden zij het christendom tot religio licita, geoorloofde godsdienst. Constantijn gaf de kerk privileges. Maar hij ontzag de aanhangers van de oude religies. Nog altijd staat vrijheid van godsdienst in het handvest van de grondrechten van de Europese Unie hoog aangeschreven. Dus terugkeer naar de oude mythologie valt -zolang de liefhebbers daarvan zich enigermate aan de geldende wetgeving houden- niet te verbieden.
In het oude Romeinse Rijk was sprake van christelijke apologeten. Ze pasten niet altijd precies binnen de grenzen van de pas veel later geformuleerde gereformeerde belijdenisgeschriften. Maar met vuur en verstand hebben mensen zoals Justinus Martyr en Tertullianus tal van apologetische, dogmatische en ethische geschriften het licht doen zien.
Als verbieden niet meer kan of (is0(
helpt, blijft gelukkig de mogelijkheid open voor een publiek en positief getuigenis in de samenleving. Op allerlei manieren. Of zit ons christelijk geloof uitsluitend aan de buitenkant? Gelukkig zijn er nog mensen in West-Europa bij wie het geloof niet alleen een kwestie is van confessie, maar ook een zaak van het hart. Laat ze zich roeren. Met andere woorden: apologeten gevraagd.