Blair opnieuw op verlies in lokale verkiezingen
APELDOORN - „Beoordeel mij niet op negen dagen van slechte krantenkoppen, maar op negen jaren van goed beleid”, smeekte de Britse premier Blair deze week. Bij lokale verkiezingen in Engeland dreigt de regerende Labourpartij donderdag veel steun kwijt te raken.
De Britse politiek is altijd al vol schandalen geweest. In het deftige Lagerhuis bestaat al eeuwen een cultuur waarin het acceptabel is tegenstanders grof te beschadigen. De belangrijkste vaardigheid van een premier is het bezweren en overleven van vele korte crises.Vervelend voor Tony Blair is echter dat op dit moment de beproevingen allemaal tegelijk komen. Al enkele maanden lag hij onder vuur voor het privégebruik van de koninklijke luchtvloot, voor het verlenen van adellijke titels aan geldschieters van de Labourpartij (gewoon corruptie dus), en voor de 11.000 euro die de partij vorig jaar tijdens de verkiezingscampagne betaalde aan de kapper van mevrouw Blair.
Juist toen de grootste druk van de ketel was, kwamen er vorige week binnen een dag twee nieuwe schandalen bij. De eerste was dat de minister van Binnenlandse Zaken, Charles Clarke, meer dan duizend buitenlandse gevangenen na afloop van hun celstraf niet het land had uitgezet, zoals de regels voorschrijven. Sommigen hadden na hun vrijlating nieuwe misdrijven begaan. Smullen voor de oppositie natuurlijk, zo’n schoolvoorbeeld van falend bureaucratisch bestuur.
Veel schadelijker nog was dat vicepremier John Prescott na onthullingen in een krant toegaf dat hij twee jaar lang een buitenechtelijke relatie had gehad met een agendamedewerkster. Hoewel iedereen -van de staf van premier Blair tot oppositieleider David Cameron- zich haastte om te zeggen dat het hier een privékwestie betreft, is de politieke schade groot. Cameron wil namelijk wel een onderzoek naar het gebruik van Prescotts dienstauto in het gebeuren. En het grote publiek is niet ontgaan dat Prescott zei dat zijn vrouw Pauline „er helemaal van ondersteboven” was.
Alle donkere wolken pakken zich dus samen boven Labour, met de dreiging om donderdag tientallen zetels in gemeenteraden te verliezen. Sinds zijn klinkende verkiezingsoverwinning begin mei 1997 -deze week precies negen jaar geleden- heeft Blair bij elke verkiezing moeten inleveren. Maar het verschil met de Conservatieve oppositie was zo groot, dat Labour wel steeds de grootste bleef. Inmiddels zijn de partijen elkaar in de peilingen echter heel dicht genaderd. Soms overtreffen de Conservatieven de socialisten.
Blair probeert de kiezers te overtuigen door te wijzen op de gunstige beleidsresultaten. Hij geeft toe dat er overal problemen zijn, niet in het minst in de gezondheidszorg. „Maar als je jezelf de vraag stelt: Is onze gezondheidszorg vandaag in een betere conditie dan tien jaar geleden onder een Conservatieve regering, dan is het antwoord ja.”
Volgens de leider van de tweede oppositiepartij, de Liberaal-Democraten, Sir Menzies Campbell, zijn de slechte krantenkoppen van de afgelopen weken echter niet toevallig. „De regering bereikte deze positie vanwege falend beleid, slecht bestuur en verkeerde beoordelingen.” Hij roept daarom op de lokale verkiezingen als een referendum over het kabinet-Blair te gebruiken.
De Conservatieve Cameron kiest er -verrassend genoeg- voor het milieu centraal te zetten in zijn campagne. „Wil je in je omgeving meer hergebruik, groenere parken en publieke ruimtes, schonere straten en beter transport, stem dan Conservatief op 4 mei”, roept hij. Zijn campagneleus is: ”Vote blue, go green” (Stem blauw, krijg groen).
Ook in Groot-Brittannië zijn lokale verkiezingen de beste opiniepeiling voor de landelijke politiek. Kenners van de Britse politiek voorspellen daarom dat er na donderdag verschuivingen in het kabinet komen. De media speculeren al over het vertrek van de ministers Patricia Hewitt (Volksgezondheid) en Ruth Kelly (Onderwijs), naast natuurlijk Prescott en Clarke.
Vorig jaar gaf Blair tijdens de nationale verkiezingscampagne aan dat zijn derde termijn ook zijn laatste zou zijn. Velen verwachtten daarom dat hij gaandeweg de rit het stokje zou overdragen aan minister van Financiën Gordon Brown. Ondanks grote druk heeft Blair echter nooit meer één woord over een mogelijk opstappen gezegd. Wanneer en hoe hij zijn ambtswoning op Downing Street wil verlaten, zal daarom een verrassing blijven.