De rechtbank in Arnhem besloot dat woensdag tijdens een zitting waarbij ook duidelijk werd dat naast de aangiften van drie jongens onlangs een vierde aangifte is binnengekomen van een meisje.Het openbaar ministerie heeft onvoldoende bewijs om de man in de lopende zaak ook het vierde feit ten laste te leggen, maar sluit niet uit dat met nieuwe informatie de verdachte daar later ook voor kan worden vervolgd.

Momenteel wordt de 53-jarige J. C. vervolgd omdat hij tussen mei 2002 en september 2005 drie jongens tussen de 11 en 16 jaar van de groep Outing Phoenix onzedelijk zou hebben betast. C. werd in 1997 ook al eens wegens zedendelicten veroordeeld. Scouting Nederland royeerde de groep en de leiders toen als lid.

De onzedelijke handelingen zouden plaats hebben gevonden op kamp, in het clubhuis van de groep, en bij de verdachte thuis.

De 53-jarige C. is de tweede leider van de groep die voor een zedendelict wordt vervolgd. Halverwege vorig jaar werd ook al een leider van Outing Phoenix veroordeeld in een zedenzaak. Deze man overleed korte tijd later, waarna op de crematie enkele kinderen vertelden over vermeende ontucht door hopman C.

De rechtbank in Arnhem heeft de zaak woensdag aangehouden om getuigen te horen, zoals het meisje dat kortgeleden aangifte deed, haar moeder en zusje en twee groepsleiders van haar groepje binnen Outing Phoenix. Ook wil de rechtbank de oudste van de drie jongens op zitting horen. Naar verwachting gebeurt dat op 28 juli.

Tot die tijd mag de verdachte bij een familielid in het westen gaan wonen. Het is hem verboden contact te hebben met betrokkenen en hij mag alleen voor dringende zaken in Nijmegen komen.