Er komt een einde aan Amerikaanse invoerheffingen op Canadees hout. De Verenigde Staten hebben bovendien beloofd 4 miljard dollar die de afgelopen jaren aan heffingen werd binnengehaald, terug te betalen. Het timmerhout wordt vooral gebruikt bij de bouw van woningen.Het handelsgeschil loopt al jaren. Het escaleerde in 2002, toen de VS antidumpingheffingen instelden. De Amerikanen gingen daartoe over omdat de Canadese houtproducenten in hun ogen handelsverstorende subsidies kregen, wat Canada ontkende.

Canada vocht de invoerheffingen aan bij zowel de Wereldhandelsorganisatie (WTO) als bij een geschillencommissie van de Nafta, de Noord-Amerikaanse vrijhandelsovereenkomst.

De VS zullen een deel (80 procent) van de heffingen terugbetalen. Verder is afgesproken dat Canada voortaan zonder beperkingen de Amerikaanse markt kan bedienen, tenzij de houtprijs onder een bepaald niveau komt.

De overeenkomst heeft een looptijd van zeven jaar, maar kan wel tussentijds worden aangepast. Canada heeft ongeveer een derde van de Amerikaanse markt in handen. Canada verkocht vorig jaar voor 7,4 miljard dollar aan hout aan de VS.

De Canadese premier Stephen Harper maakte de overeenkomst deze week wereldkundig. Hij zei erg blij te zijn dat de zaak nu eindelijk is opgelost.

Leden van de Canadese oppositie vinden echter dat hun land er bekaaid van af is gekomen. Zij vinden de 80 procent die de VS teruggeven veel te weinig en noemen de overeenkomst een ramp voor de Canadese industrie.