Minister Hoogervorst van Volksgezondheid kondigde dat dinsdag aan in het televisieprogramma NOVA. De bewindsman volgt daarmee een uitspraak van de Haagse rechtbank eind vorige maand.Ambtenaren gaan de komende weken per land bekijken hoeveel premie betrokkenen moeten gaan betalen. De hoogte van de premie zal afhankelijk zijn van het zorgaanbod in het woonland.

Gepensioneerde Nederlanders in het buitenland en remigranten kregen begin dit jaar te maken met een flinke inkomensvermindering. Sinds de invoering van het nieuwe ziektekostenstelsel houdt de overheid AWBZ-premie in op pensioenen en uitkeringen bij Nederlanders die in het buitenland wonen. De premie loopt voor sommigen op tot 5000 euro per jaar. Uit de AWBZ betaalt de overheid onder andere de verpleeg- en verzorgingshuizen.

De pensionado’s en remigranten maken echter nauwelijks gebruik van de Nederlandse voorzieningen. Bovendien is de beschikbare ouderenzorg in hun woonlanden van beduidend mindere kwaliteit dan in ons land.

De Nederlandse overheid incasseert de hoge AWBZ-premies en hoeft er volgens Europese regels maar een klein deel van door te sluizen naar het land waar de Nederlandse premiebetaler woont. Alleen de werkelijk gemaakte kosten betaalt Nederland. De rest verdwijnt in de schatkist.

De rechter bepaalde 31 maart dat de staat alleen dat bedrag bij de gepensioneerde in rekening mag brengen dat Nederland gemiddeld aan het woonland van de verzekerde betaalt. Daarom gaat Hoogervorst nu per land bepalen wat de AWBZ-premie van de gepensioneerden en remigranten moet zijn. De berekeningen moeten binnen enkele weken gereed zijn.