„Louis van Gasteren is geen verzetsheld"
AMSTERDAM (ANP) – Het doodslaan van een onderduiker door filmmaker Louis van Gasteren in 1943 was geen verzetsdaad. Dat schrijft journalist Eric Slot in zijn maandag gepubliceerde boek “De dood van een onderduiker. Louis van Gasteren en de waarheid”. Er is geen enkel bewijs dat de cineast (83) tijdens de oorlog actief was in het verzet, aldus Slot. „Louis van Gasteren heeft zich over de rug van de man die hij zelf heeft doodgeslagen, een verzetsverleden aangemeten."
Op 24 mei 1943 sloeg Van Gasteren de joodse onderduiker Walter Oettinger dood in zijn woning aan de Amsterdamse Beethovenstraat. De rechter veroordeelde hem hiervoor in 1944 tot vier jaar gevangenisstraf. Anderhalf jaar later kreeg hij gratie. De filmmaker claimt dat het doden van Oettinger nodig was omdat de man door zijn gedrag verzetsmensen in gevaar zou brengen. Slot heeft door jarenlang archievenonderzoek onderzocht hoe het zit met die claim.De onderzoeksjournalist schrijft dat Van Gasteren in 1992 een verzetspensioen aanvroeg. Dertien jaar later velde de Pensioen– en Uitkeringsraad hierover een negatief oordeel. Bij zijn aanvraag verzon de filmmaker dat zijn moeder van joodse afkomst is, aldus Slot. „De verklaring waarmee Van Gasteren een verzetspensioen aanvroeg, staat vol verdraaiingen, halve en hele leugens."
De conclusies van Slot zijn onjuist en misleidend, aldus de advocaat van de filmmaker, M. de Zwaan. „Het staat vast dat Van Gasteren wel een deelnemer was aan het verzet. Hij is daarvoor ook officieel erkend." Het huisvesten van een onderduiker was op zich al een daad van verzet, meent de raadsman.
De Zwaan vindt het onderzoek van Slot ook eenzijdig. „Als je op een serieuze manier en te goeder trouw pretendeert op zoek te gaan naar de waarheid, dan ga je ook met de hoofdrolspelers en met deskundigen spreken. Dan ga je niet alleen grasduinen in archieven."
Enkele weken voor publicatie vroeg Slot een reactie aan Van Gasteren. Die stapte toen naar de rechter om de uitgave van het boek tegen te houden, maar verloor het kort geding. Volgens de rechtbank is het niet onrechtmatig de betrokkenheid van het verzet bij de doodslag in twijfel te trekken. De Zwaan weet nog niet of zijn cliënt in hoger beroep gaat.
Het Parool publiceerde in 1990 een paar artikelen waarin aan de verzetsactiviteiten van Van Gasteren werd getwijfeld. Als mogelijk motief werd roofmoord genoemd. De Hoge Raad besliste in 1995 dat de beweringen van de krant onrechtmatig en beledigend waren en veroordeelde Het Parool tot het betalen van een schadevergoeding van ruim 45.000 euro.
Van Gasteren beriep zich in het kort geding onder meer op het besluit van de Hoge Raad. Slot schrijft in zijn boek geen bewijs te hebben dat de cineast een roofmoord heeft gepleegd. Een eerder boek van Slot, “Wandelingen door moorddadig Amsterdam”, moest in 1998 uit de handel worden genomen omdat hij roofmoord wel noemde als mogelijk motief.
Van Gasteren zelf wilde maandag niet reageren. Zijn advocaat liet weten dat de filmmaker zoveel mogelijk met rust gelaten wil worden over zijn verleden.