Verschil
Een oprecht christen in wiens geest geen valsheid is, zoekt Gods genade meer en meer te vinden. Hij doet dat uiterlijk, naar het lichaam, met verschillende godsdienstige oefeningen, maar voornamelijk met het hart. Zijn gebed is niet alleen met de mond, maar ook met de innerlijke bewegingen van zijn ziel. Hij kan zeggen met Anna: Ik heb mijn ziel uitgegoten voor het Aangezicht van de Heere.
De boetvaardigheid en het geloof van een oprecht christen zijn ongeveinsd, zijn hart is brandende in hem, evenals dat van de twee discipelen die onderweg waren naar Emmaüs. Hij arbeidt om God te zoeken, te vinden en ook te dienen uit een rein hart.Heel anders is het gelegen met geveinsde christenen. Zij mogen uiterlijk het livrei van de Heere Christus dragen, nochtans dragen zij inwendig het livrei van de duivel. Zij vertonen uiterlijk een schijn van godzaligheid maar omdat hun hart niet recht is voor God, verloochenen zij de kracht daarvan. Zij zijn als die jongeling uit het Evangelie die tegen zijn vader zei: Ik ga, en hij deed het niet.
Zo zijn er ook die wel met de mond zeggen „Heere, Heere” en ondertussen niet doen de wil des Vaders. Zo zijn ook de hypocrieten. Zij schijnen dikwijl vurige Godzaligen te zijn, maar als men goed oplet, bevindt men dat al hun doen niet uit zijn bestaat, maar uit schijn.
Adrianus Hasius, predikant te Leeuwarden (”Geestelijk Alarm”, 1653)