In gesprek met moslims, bij zwemles en gym
ROTTERDAM - Christenvrouwen die contact met moslims hebben, zijn ieder jaar welkom op de Naima-conferentie in Rotterdam. Ze delen ervaringen, bidden voor buurvrouw of vriendin en krijgen praktische tips. Want, in welke olie bereid je eigenlijk het eten als er moslims op bezoek komen?
Het is zaterdag de zesde keer dat de Naima-conferentie plaatsheeft. Om veiligheidsredenen willen de organisatoren anoniem blijven, evenals initiatiefneemster, die in dit artikel wordt aangeduid als Anita de Boer.Uit ervaring weet ze dat het leggen van contacten met moslims ontmoedigend kan zijn. Prachtige resultaten zijn er niet zomaar. „Je moet hieraan veel tijd besteden.” Het idee om een jaarlijkse conferentie te beleggen, ontstond in Rotterdam. Daar ontmoette De Boer vrouwen met dezelfde -soms ontmoedigende- ervaringen.
Tijdens de Naima-conferentie worden ze bemoedigd en ondersteund. En er is voorbede. Vorig jaar bezochten zo’n vijftig vrouwen de dag.
Vrouwen uit Dordrecht, uit Amsterdam, uit Cuijk en zelfs uit België. De Boer: „Zo komt er een vrouw wiens vriendin van moslim christen werd. Ze leert hoe ze hier het beste mee om kan gaan. Dit jaar bezoekt ook haar vriendin de conferentie.”
Een andere deelneemster verruilde eveneens de islam voor het christendom. Zij deelt haar ervaringen met de andere christenvrouwen. Ook een vrouw die de zeventig gepasseerd is, woont de conferentie bij. Ze doet al achttien jaar bezoekwerk en bouwde in die jaren vriendschappen op.
Wat de ’Naima-vrouwen’ doen? „Ze begeven zich onder de mensen. Zoals Jezus dat deed. Om hen te vertellen over de liefde van Christus.”
Het is dan ook niet alleen de allochtone buurvrouw met wie deze vrouwen in contact komen. „Sommigen werken op een school met moslimkinderen. Anderen doen mee aan een programma van de kerk of spreken moslims tijdens zwemles en gymnastiek.”
Praktische tips krijgen de bezoeksters van Naima-activiteiten ook. Zo begon een groep Amsterdamse vrouwen met een gebedsgroep na het meedoen aan een Naima-ontbijt. „Ja, de inspanning werkt wat uit”, zegt De Boer. „Eigenlijk ben ik er zelf verbaasd van. Je begint iets en weet niet hoe dat zich gaat ontwikkelen. Zo zie je dat God leidt. Niet alleen mij, maar ook andere vrouwen.”
Naima. Een Arabische naam die vooral onder Marokkaanse vrouwen voorkomt. „De betekenis is: ”Geliefde van God””, verklaart De Boer. „Iemand die door God begenadigd is. Wat we daarmee willen zeggen, is dat God van moslimvrouwen houdt. Hij wil dat ze tot Hem komen.”
Moeilijkheden die Nederlandse vrouwen in contact met moslims tegenkomen, zijn onder meer de taalbarrière en de onbekende cultuur. Daardoor zien ze het onderscheid tussen geloof en cultuur niet. Als er vanwege de taal geen gesprek mogelijk is, worden er ook geen vooroordelen uit de weg geruimd, zegt De Boer. „Terwijl dat zo nodig is voor het opbouwen van vertrouwen.”
Praten over Jezus als over God kan ook een probleem vormen, geeft De Boer aan. En dan zijn er nog de verschillende omgangsvormen, gebruiken, regels.
De Boer kent ze inmiddels, door haar vele contacten met moslims. Maar ook voor haar waren die eerste visites spannend. „Je mag niet met een moslimman spreken, hem niet in de ogen kijken. Je vraagt je af hoe je moet zitten en moet eten. Varkensvlees is verboden, evenals het gebruik van dierlijke vetten. Hoe reageer je als je de man van je vriendin op straat tegenkomt? Groet je hem, of niet? Je wilt geen verkeerde indruk wekken.”
Of Nederlandse vrouwen zich voldoende om moslimvrouwen bekommeren, weet De Boer niet. „Maar ik zou wel meer vrouwen kunnen gebruiken. Om zo meer mensen te bereiken.”