Uit de hal van de gemeenschappelijke meldkamer van politie, brandweer en ambulance in Leiden klinkt het ene lachsalvo na het andere. De dertien deelnemers van de cursus Politie voor Burgers kunnen het duidelijk goed met elkaar vinden. „Deze mensen zagen elkaar twee maanden geleden voor het eerst, maar vormen nu al een hechte club”, zegt organisator José Krijger, chef van team Leiderdorp.Krijger organiseert de cursus voor het eerst in Leiderdorp en omgeving. „Korps Hollands Midden, waar wij deel van uitmaken, heeft eerder een cursus in Lekkerkerk gehouden. Dat is zo goed bevallen, dat wij het ook wel eens wilden proberen.”

Ieder team van Hollands Midden kan zelf het initiatief nemen om een cursus te organiseren. Zo start er nog dit jaar een cursus in Alphen aan den Rijn. Ook andere korpsen organiseerden incidenteel vergelijkbare projecten. Zo konden mensen uit Den Haag en omgeving onder de naam ”Burgers in blauw” een dienst meedraaien met een politieman- of vrouw.

Belangrijkste doel van de cursus ”Politie voor Burgers” is om begrip te kweken bij mensen van de straat. Krijger: „Op verjaardagen komen nogal eens negatieve verhalen los over ons. Bijvoorbeeld dat agenten niet of heel laat komen na een melding van overlast. Door een kijkje in de politiekeuken te nemen, komen de deelnemers erachter waarom het zo lang kan duren. Zo rijden er ’s avonds en ’s nachts veel minder auto’s rond dan overdag.”

De deelnemers zijn door wijkagenten uitgenodigd om de cursus te volgen. Krijger: „Mensen mogen best heel kritisch zijn tegenover de politie, maar ze moeten wel betrokken zijn bij hun wijk. Wij hopen dat ze de positieve ervaringen die ze bij ons opdoen, uitspreken naar de mensen in de buurt.”

De cursus bestaat uit zeven avonden, om de twee weken één. Per avond komen twee onderwerpen aan de orde. Vijf bijeenkomsten zijn gehouden in het Leiderdorpse politiebureau aan de Hoogmadeseweg. Eén keer zijn de deelnemers op bezoek geweest bij het Integrale Beroepsvaardigheids Trainingscentrum (IBT) in Alphen aan den Rijn. Daar mochten ze een kijkje nemen op de schietbaan en in de judojo, de zaal waar agenten hun judotechniek bijschaven.

Op deze zesde cursusavond zijn de deelnemers op bezoek bij de gemeenschappelijke meldkamer van brandweer, politie en ambulance in Leiden. Eerst krijgen zij uitleg van René Smits, leidinggevende van het bureau conflict- en crisisbeheersing Hollands Midden. Het bureau coördineert de hulpdiensten bij een grote ramp, zoals bijvoorbeeld de nieuwjaarsbrand in Volendam. Smits: „Daar waren de wegen geblokkeerd omdat alle hulpdiensten tegelijkertijd aankwamen. Dat moeten wij in de toekomst zien te voorkomen.”

Het tweede onderwerp van de avond is de meldkamer zelf. Na een inleiding door de chef mogen de cursisten in twee groepen de meldkamer bekijken. Voorwaarde is wel dat ze niet hardop praten en de telefonisten niet storen. Gehoorzaam voldoen ze aan het bevel. Op de gang komen de verhalen los. „Nooit geweten dat de meeste mensen op de meldkamer gewoon burgers zijn.”

Aan het einde van de avond volgt een korte evaluatie. Deelnemer Ben Hermes (63) is voorzichtig enthousiast. De gepensioneerde militair uit Leiderdorp heeft veel negatieve ervaringen gehad met de politie. „Pas zag ik dat een vrachtwagen een personenauto van de weg drukte. Toen ik naar de politie belde, kreeg ik te horen dat ik mij er niet mee moest bemoeien. Daar kan ik me nu nog kwaad over maken.”

De mening van Hermes is na zes cursusavonden wel enigszins bijgesteld. „Ik heb meer begrip gekregen voor het politiewerk. Ik merk ook dat agenten vanuit de hogere regionen de opdracht krijgen om anders met het publiek om te gaan.”

Teamchef José Krijger beaamt dat. „Op deze cursus krijg ik te horen hoe negatief de burgers op straat tegen mijn mensen aankijken. Daar kan ik mijn beleid op aanpassen.”