VN: Jongeren weten weinig over HIV-besmetting
Meer dan de helft van de jongeren weet nauwelijks hoe ze besmet kan raken met HIV. Dat blijkt uit onderzoek in zestig landen, dat is uitgevoerd door het VN-kinderfonds Unicef, de organisatie UNAIDS en de Wereldgezondheidsorganisatie WHO. De resultaten van het onderzoek zijn dinsdag in New York gepresenteerd
De VN-organisaties benadrukken dat voorlichting de enige manier is om de aidsepidemie te stoppen. Ze zeggen dat het het beste is als jongeren hun leeftijdgenoten zelf informeren over de risico’s die ze lopen. Over de hele wereld zijn naar schatting 11,8 miljoen jongeren van tussen de 15 en 24 jaar besmet met HIV, het virus dat aids kan veroorzaken. Een deel van hen heeft ook daadwerkelijk aids gekregen, zo staat in het rapport ’Young people and Hiv/Aids - Opportunity in crisis’.
In twaalf landen in zuidelijk Afrika is naar schatting 10 procent van de bevolking met HIV besmet. Geschat wordt echter dat in Botswana, Zimbabwe en Zuid-Afrika meer dan 60 procent van de jongeren ooit het virus zal oplopen.
In Oost-Europa en Centraal-Azië groeit de epidemie het snelst. Dat komt vooral door het gezamenlijk gebruik van vuile injectienaalden door drugsgebruikers. Van de verslaafden is 70 procent jonger dan 25 jaar, zo staat in het rapport.
De VN-organisaties wijzen erop dat jongeren vaak niet weten dat ze gevaar lopen als ze gezamenlijke injectienaalden gebruiken om drugs in te spuiten. Ook in een westers land als Ierland blijkt 70 procent van de jongeren die drugs gebruiken, hun naalden met elkaar te delen. Slechts 10 procent van de verslaafden blijkt van de risico’s op de hoogte te zijn.
Opmerkelijk is dat meisjes door onveilige seks een veel grotere kans lopen besmet te raken dan jongens. In zuidelijk Afrika betreft tweederde van de nieuwe HIV-gevallen jonge meisjes of vrouwen. In Ethiopië, Malawi, Tanzania en Zimbabwe is de verhouding met 80 procent meisjes en 20 procent jongens nog schever. Jonge meisjes die nog maagd zijn, moeten in Afrikaanse landen vaak tegen betaling seks hebben met oudere mannen, omdat die denken op deze manier van aids te kunnen genezen.
Het VN-rapport meldt ook dat de gevaren van besmetting groter worden, omdat jongeren steeds vroeger in hun tienerjaren seksueel actief worden. Jonge tieners blijken zelden een condoom te gebruiken en hebben relatief vaak seks met verscheidene partners. Uitstel van de eerste seksuele ervaring drukt volgens de VN-organisaties direct het besmettingscijfer.
De organisaties die het rapport opstelden, benadrukken dat voorlichting over aids de sleutel is tot vermindering van het aantal besmettingen. Als jongeren al vroeg voorlichting krijgen over de gevaren van aids, blijkt dat ze hun eerste seksuele ervaring uitstellen. Als ze seksueel actief worden, blijken ze zichzelf beter te beschermen tegen ongewenste zwangerschappen en seksueel overdraagbare aandoeningen.
Unicef, UNAIDS en de WHO roepen overheden op om het taboe op aids te doorbreken en al op de basisschool voorlichting te geven. Ook moeten er meer voorlichtingscampagnes komen die speciaal zijn gericht op risicogroepen. Bovendien moeten jongeren zelf meer hun leeftijdgenoten op de hoogte stellen van de gevaren, zo staat in het rapport.